In Niger trouwen 76 procent van de meisjes voordat ze de volwassen leeftijd bereiken en slechts 10 procent krijgt vervolgonderwijs. Niger staat daarmee bovenaan de zwarte lijst van CARE, gevolgd door Tsjaad, de Centraal Afrikaanse Republiek, Zuid-Sudan en Somalië.

„Meisjes zouden niet in grotere getale naar het altaar moeten lopen dan in klaslokalen”, stelde de organisatie. „Elke keer dat een meisje wordt gedwongen te trouwen of wordt weerhouden een opleiding te volgen, is een gemiste kans om het leven van dat meisje te verbeteren en armoede bij de wortels aan te pakken.”

Kindhuwelijken vergroten het risico op ernstig letsel of de dood, doordat de meisjes kinderen krijgen voordat hun lichaam daarvoor klaar is. Ze lopen bovendien een grotere kans op huiselijk en seksueel geweld.

Dagelijks worden wereldwijd 39.000 meisjes gedwongen te trouwen, stelt CARE op basis van cijfers van de Verenigde Naties. Naar schatting 62 miljoen meisjes krijgen geen onderwijs, van wie de helft in de puberteit is.

In juni nam de VN-mensenrechtenraad een resolutie aan die opriep een einde te maken aan kindhuwelijken en vroege of gedwongen huwelijken. Daarbij erkende de raad kindhuwelijken als schending van de mensenrechten.