Kerry zei dat er in de komende week een kans ligt voor een aantal betrokken landen om samen te proberen een aantal ingewikkelde conflicten in het Midden-Oosten te helpen beëindigen. „We moeten werken aan vrede en vooruitgang in Syrië, in Jemen en in de regio”, aldus Kerry.

Iran steunt het regime van de Syrische president Bashar al-Assad. Iran en de VS hebben na 35 bittere jaren weer relaties aangeknoopt. De VS hebben in de Syrische burgeroorlog telkens gesteld dat Assad eerst moet opstappen voor er een politieke oplossing kan worden gevonden. De sterkste tegenstanders van Assads troepen zijn soennitische extremisten.

Het soennitische extremisme van bijvoorbeeld al-Qaeda en Islamitische Staat plaatst oude tegenstanders in hetzelfde kamp. Westerse mogendheden die zelfs een rebellenleger opzetten om Assad ten val te brengen, lijken nu toch bereid tot een akkoord met de ‘duivel’ (Assad). „We moeten ook met Assad praten”, verzuchtte de Duitse bondskanselier Angela Merkel afgelopen week.

Het sjiitische Iran was sinds de Islamitische Revolutie in 1979 een gruwel voor de VS terwijl Washington Syrië vooral zag als aartsvijand van bondgenoot Israël. Washington en Teheran bestrijden op eigen houtje militair soennitische extremisten in Irak. De Amerikanen doen dat ook in Syrië.