De ouders werden vorig jaar aangehouden na een ambtsbericht van de geheime dienst AIVD. Hun kinderen werden kort uit huis geplaatst.

De vier werden concreet verdacht van het steunen van de gewapende strijd van Islamitische Staat (IS) en het voorbereiden van het deelnemen aan een terroristische organisatie.

Het onderzoek heeft volgens het OM tegen drie van de vier verdachten uiteindelijk onvoldoende bewijs opgeleverd. „Er zijn onvoldoende aanwijzingen dat zij zelf wilden strijden voor IS of anderen wilden ondersteunen”, laat justitie weten.

De vermoedelijke uitreizer die wel wordt vervolgd, moet zich in december voor de rechtbank verantwoorden. Deze man heeft zelf eerder aangegeven dat hij naar zijn broer in Syrië wilde gaan om hulpgoederen te gaan brengen. Het OM beschouwt deze broer als actief strijder bij IS.

De andere mannelijke verdachte heeft direct laten weten dat hij helemaal geen plannen had om naar Syrië te gaan. Maar in zijn huis vond de politie documenten over wapens, bommen en zelfmoordaanslagen.

De moeders kwamen al snel na hun arrestatie weer op vrije voeten, maar werden nog beschouwd als verdachte. Toen ze vrijgelaten waren, mochten de kinderen terug naar huis. Later in september werden ook de beide mannen weer vrijgelaten, maar onder strikte voorwaarden. Ze moesten onder meer tot in december onder elektronisch toezicht blijven.