Einde Alphens brugdebacle nog niet in zicht
ALPHEN A/D RIJN. Een fors gebouwde beveiliger zit onder een parasol wat verveeld voor zich uit te kijken. Zijn taak? „Voorkomen dat mensen over het hek klimmen.” Dat is in de drie weken sinds het ongeval met de brug in Alphen aan den Rijn niet voorgekomen, dus heeft hij het rustig.
Toch is het op de plek des onheils nog altijd een komen en gaan van mensen. Ramptoeristen kunnen dichterbij komen dan enkele weken geleden. Wel zijn de hekken met een zwart doek afgedekt, wat ertoe leidt dat nieuwsgierige voorbijgangers beurtelings door de kieren spieken of op de bankjes klauteren van het terrasje van een horecagelegenheid.
Het lijkt erop dat de Alphenaren de ravage inmiddels wel hebben gezien, want de meeste toeschouwers komen nu „van buiten.” Zoals Willemijn (63) met haar kleinkinderen Florian (11) en Emma (8). Ze komen uit Woerden. „We gaan een dagje naar Avifauna, maar we dachten: Als we toch in Alphen zijn, kunnen we meteen hier een kijkje nemen.”
Willemijn vindt het heftig om te zien. „En als ik eerlijk ben, voelt het ook wel een beetje ongemakkelijk om hier te gaan kijken.”
Dat vinden haar kleinkinderen niet. Florian wil graag de dode hond zien, die ergens onder het puin moet liggen. Emma heeft vooral oog voor de speelgoedrobot die nog op een tafeltje in een geplette kinderkamer staat. „Die wil ik hebben!”
Het ramptoerisme in de buurt zal nog wel even aanhouden, want volgens de gemeente begint de berging van de hijskranen, het brugdeel en de verwoeste panden pas halverwege september. „Het is een ingewikkelde klus”, aldus wethouder T. Hoekstra (VVD). Volgens hem staan het zo snel mogelijk vrijmaken van de Oude Rijn en het bereikbaar maken van de Hooftstraat voorop. „Maar wel op een veilige en zorgvuldige manier, met zo min mogelijk vervolgschade.”
Inwoners van het getroffen gebied kunnen dan ook voorlopig niet terug naar hun huizen. Na drie weken is nog niet voor alle gedupeerden passende huisvesting gevonden. Op een informatieavond eerder deze week meldde de gemeente stadsvernieuwingsurgentie te hebben aangevraagd. Wordt dit toegewezen, dan kunnen bewoners via de woningcorporatie met voorrang een woning kiezen.
De uit Lisserbroek afkomstige Dirk Emens (75) maakt met zijn vrouw Sara (71) een fietstocht door het Groene Hart. Ze doen ook de Hooftstraat aan. „Van mij hoeft dit niet hoor”, verduidelijkt Sara lachend. „Mijn man wilde hier graag naartoe.”
Vanuit zijn achtergrond is dat wel te begrijpen. Emens is zelf werkzaam geweest in de metaalindustrie en kijkt er daardoor met andere ogen naar. „Dat is een 700-tonner”, wijst hij naar de kraan. „Een vreselijk dure kraan. Maar het is nu oud ijzer.”
Hoewel de plek van het ongeluk nog dagelijks toeschouwers van heinde en ver trekt, is de drukte van de eerste dagen verleden tijd – en beginnen de ondernemers in de Hooftstraat de pijn van de afgesloten weg goed te voelen.
De omzet van afhaalzaak Rasa Baru is met 40 procent gedaald, zegt eigenaar Anwar Betteui (34). Bij andere zaken zijn dezelfde geluiden te horen. „Kijk om je heen, het is hier leeg”, zegt Necati Özlcül (36), eigenaar van restaurant Ak-Al. „Ik ben alleen aan huur, gas en elektra al 8000 euro per maand kwijt. En dan heb ik nog niet eens mijn personeel betaald.” Hij draait nu „minder dan de helft” van de gebruikelijke omzet. „Ik ga met mijn verzekeraar praten wat we hieraan kunnen doen.”
Fikse vertraging
En zelfs als half september wordt begonnen met de berging van het puin, zal het nog wel maanden duren voordat de situatie weer normaal is. Immers, de Hooftstraat kan in theorie over anderhalve maand weer zijn schoongeveegd, maar de heropening van de Julianabrug heeft door het ongeval ook fikse vertraging opgelopen. Özlcül verwacht nog zeker een halfjaar last te blijven houden van de situatie.
Buiten staat de beveiliger op van zijn stoel. Hij heeft wat te doen. Met een rood-wit lint zet hij het terrasje af waar mensen op bankjes klimmen. „De eigenaar wil dit niet.” Dirk Emens komt van het bankje af. Hij heeft nog net een foto kunnen maken.