Dat zei de predikant van de Verenigde Pinkster- en Evangelie­gemeenten vanmorgen desgevraagd. De predikant, dit tot voor kort in Huizen stond, is sterk betrokken op Israël. Dat heeft hem naar eigen zeggen in 2012 een „vreemde inbraak” opgeleverd. Toen hij terugkwam van een weekend weg, was het huis overhoop gehaald. „Waardevolle spullen lagen er nog, maar al mijn Israëlspullen waren verdwenen.” Er was zand in huis gestrooid en de klok was vernield. Dat zouden symbolen zijn van de dood.

Al heeft Buiten zijn vermoedens, het is nooit opgehelderd wie er achter de inbraak zat. Met deze ervaring in het achterhoofd, en door het feit dat er in Huizen grote betrokkenheid is bij IS, rees bij Buiten het vermoeden moslim­extremisten met opzet auto’s van christenen in brand steken. „Dat is mijn gevoel”, benadrukt hij in een telefonische reactie. „Ik kan het niet hardmaken. Wat ik zelf heb meegemaakt en de wereldcontext spelen een rol.”

De Gooi- en Eemlander schrijft dat de slachtoffers van de recente caravanbrand zichzelf niet als doelwit zien, ondanks het feit dat hun van andere christenen geleende auto onlangs ook al ernstig werd beschadigd. „Misschien zien we het over een halfjaar anders.” De politie heeft geen reden om aan te nemen dat het gaat om daden tegen christenen.