Binnenland

Drone verstoort steeds vaker luchtverkeer

SCHIPHOL. Het aantal drones neemt een hoge vlucht. Het aantal incidenten ook. De luchtvaart maakt zich zorgen over de opmars van dronepiloten. „Het wachten is op de eerste klap.”

29 July 2015 15:34Gewijzigd op 15 November 2020 20:44
Luchtvaart maakt zich zorgen over opmars van drones. beeld ANP
Luchtvaart maakt zich zorgen over opmars van drones. beeld ANP

In Nederland beschikken volgens een ruwe schatting 70.000 tot 80.000 mensen over een drone. Veel bedrijven en particulieren schaffen voor een paar tientjes een onbemand, op afstand bestuurbaar toestelletje aan en vliegen erop los, vaak niet gehinderd door enige kennis van de luchtvaartregels.

Om de kosten hoeft ongeveer niemand het meer te laten. De prijzen zijn de laatste jaren fors gekelderd – afhankelijk van type en toestel. Slechts een handjevol gebruikers neemt de moeite om het professioneel gebruik van een drone te registreren of een vliegbrevet (à 5000 euro) te halen.

Het aantal toepassingen van drones is legio. Boeren gebruiken het apparaat om hun land in de gaten te houden, fotografen zetten ’m in voor luchtopnames, terwijl waterbeheerders er hun dijken mee inspecteren. Rijkswaterstaat doet een proef om files in de gaten te houden.

Incidenten

Met de snelle stijging van het aantal drones neemt ook het aantal incidenten toe. De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) meldt 27 ernstige voorvallen over 2014, tegenover 8 een jaar eerder. De meldingen nemen naar verwachting alleen maar toe.

De opmars van drones leidt regelmatig tot gevaarlijke situaties. De luchtvaart maakt zich zorgen over de snelheid én het aantal drones, stelt Arthur van den Hudding, vicepresident van de Vereniging Nederlandse Verkeersvliegers (VNV). „Drones gaan als warme broodjes over de toonbank. Het wachten is op het eerste incident.”

Verkeersvliegtuigen naderen een luchthaven tijdens de landing met een snelheid van pakweg 500 km/uur (250 knopen). Een drone kan op zo’n moment grote schade aanrichten. „Als zo’n apparaat door de ruit van een cockpit vliegt, kan hij een dodelijke ongeluk veroorzaken.” Neerstortingsgevaar voor vliegtuigen is niet aan de orde.

De verkeersvliegers dringen aan op betere informatieverstrekking over regelgeving en veiligheid voor dronegebruikers. „Liever reguleren vooraf, dan repareren achteraf”, aldus Van den Hudding. De gezagvoerder –twintig jaar in het vak– wijst erop dat in de gebruiksaanwijzing van drones elke verwijzing naar risico’s ontbreekt. „Terwijl op de bijsluiter van elke föhn staat vermeld dat je die niet in bad moet gebruiken.”

De onzichtbaarheid en onvoorspelbaarheid van drones baren de verkeersvliegers grote zorgen. „Je weet nooit wat zo’n ding gaat doen.” Om de zichtbaarheid te vergroten pleit de VNV ervoor om in regelgeving vast te leggen dat een drone moet zijn voorzien van felle kleuren en een knipperend licht. „De vraag blijft of je een drone zou kunnen ontwijken.”

Ongerust

Ook helikopterpiloten tonen zich ongerust. Veel op afstand bestuurbare toestelletjes vliegen op ongeveer dezelfde hoogte als een helikopter. De Koninklijke Luchtmacht kent „een aantal kleine incidenten”, verklaart woordvoerder Wilko ter Horst. „En dan nog niet eens bij laagvliegoefeningen.”

ANWB Medical Air Assistance 
–4 traumaheli’s, 4200 vluchten per jaar– is beducht voor mogelijke aanvaringen. „Het is wachten tot het fout gaat”, verklaart ANWB-woordvoerder Ad Vonk.

Hulpverleners merken regelmatig dat fotografen of ramptoeristen zo snel mogelijk beelden willen schieten van een calamiteit. „Dat is iets wat we niet willen. Hulpverleners moeten tijdens een reddingsactie niet worden gehinderd of op de vingers gekeken.”

Aanpak van misbruik is echter nog niet zo eenvoudig. „De vraag is of je het gebruik van drones kunt dichttimmeren met regelgeving. Bovendien is de vraag wie die regels moet handhaven. De politie? Maar die ziet die vrijwel onzichtbare dingen in de lucht ook niet.”

Aangescherpt

Het ministerie van Infrastructuur en Milieu doet een poging de situatie veiliger te maken door een aanscherping van de regels. Amateurdronepiloten mogen sinds 1 juli nog slechts tot maximaal 120 meter hoog vliegen. Tot voor kort lag de limiet volgens de Regeling Modelvliegen op 300 meter.

Den Haag buigt zich later dit jaar over een voorstel om de grens te verlagen naar 50 meter. De Tweede Kamer moet zich daar nog over uitspreken. Het voorstel maakt grote kans. Ook deze hoogte is voor de gemiddelde droneliefhebber ruim voldoende om zijn kunsten te vertonen of om mooie shots te schieten.

Een verbod? „Nee”, zeggen de verkeersvliegers. „Er zitten ook positieve kanten aan drones. Maar dan wel graag verantwoord.”


Schrik in 
Warschau

Een Lufthansapiloot van een Embraer ERJ-195 krijgt op 21 juli bij een landing in Warschau de schrik van zijn leven als hij plotseling een zwart object ziet opdoemen. De drone nadert het vliegtuig (108 inzittenden) tot op 100 meter afstand.


Crash bij 
Schiphol

Op Schiphol stort op 12 juli een drone neer naast de landingsbaan. De marechaussee slaagt erin de eigenaar op te sporen. De Bulgaarse vrachtwagenchauffeur (22) verklaart de controle over het toestel te zijn kwijtgeraakt. Boete: 500 euro.


Bijna-botsing
op Heathrow

Op de luchthaven Londen Heathrow doet zich op 15 maart een bijna-botsing voor. Op een hoogte van 550 meter vliegt een drone op slechts 6 meter afstand van de vleugel van een landende Airbus A320 (150 inzittenden). De dronepiloot weet te ontkomen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer