Aristide: Amerikanen ontvoerden mij uit Haïti
De uitgeweken Haïtiaanse president Jean-Bertrand Aristide zegt dat hij zijn land heeft verlaten onder dwang van Amerikaanse militairen die dreigden met „schieten en moorden” te beginnen als hij zou blijven.
Aristide heeft dit maandag gezegd in een telefonisch vraaggesprek met Associated Press (AP) vanuit de Centraal-Afrikaanse Republiek. De Amerikaanse burgerrechtenleider Jesse Jackson bracht AP met Aristide in contact na een persconferentie, waar hij het Amerikaanse Congres ertoe opriep het vertrek van de Haïtiaanse president te onderzoeken.
Op de vraag of hij uit zichzelf was vertrokken, antwoordde Aristide meteen: „Nee. Ik ben gedwongen te vertrekken. Agenten vertelden mij dat als ik niet zou vertrekken, het een kwestie van tijd was voordat ze zouden beginnen te schieten en moorden.” Aristide zei dat de agenten „blanke Amerikanen, blanke militairen” waren. „Ze kwamen ’s nachts (…) er waren er te veel, ik kon ze niet tellen.” Aristide zei dat hij documenten waarin hij afstand deed van de macht had ondertekend omdat hij vreesde voor een uitbarsting van geweld als hij niet aan de eisen van de „Amerikaanse veiligheidsagenten” voldeed.
Aristide zei twintig uur in een Amerikaans vliegtuig met gewapende begeleiders te hebben doorgebracht en pas twintig minuten voor de landing op de hoogte te zijn gebracht van de bestemming. Tijdens tussenlandingen mocht hij niet bellen. „Ik noem het opnieuw een staatsgreep. Ik noem het een staatsgreep omdat het een moderne vorm van ontvoering is.”
Jackson zei dat het Congres moet onderzoeken welke rol de Verenigde Staten en in het bijzonder de Amerikaanse inlichtingendienst CIA hebben gespeeld bij de opstand tegen het bewind van Aristide. Hij moedigde de verzamelde journalisten aan uit te zoeken waar de rebellen in Haïti hun uniformen en wapens vandaan hebben. „Waarom zouden wij een gewapende omverwerping onmiddellijk steunen en niet een grondwettelijk gekozen regering?” vroeg Jackson.
Het Witte Huis, het Pentagon en het ministerie van Buitenlandse Zaken ontkenden dat Aristide is ontvoerd en verklaarden dat hij uit eigen beweging was opgestapt.
De autoriteiten in de Centraal-Afrikaanse Republiek verklaarden dat Aristide geen gevangene is. „Hij is een vrij man en de strenge bewaking rond het presidentieel paleis is er voor zijn eigen veiligheid”, zei minister van Buitenlandse Zaken Charles Wenezoui. Volgens de staatsradio blijft Aristide maar een paar dagen in de Centraal-Afrikaanse Republiek en vestigt hij zich mogelijk voor langere tijd in Zuid-Afrika. Zuid-Afrikaans onderminister van Buitenlandse Zaken Aziz Pahad liet desgevraagd weten dat zijn land er „in principe geen bezwaar tegen heeft” om Aristide op te nemen.