Dader Suruç was Turkse Syriëganger
ANKARA (ANP/RTR/DPA). De man die maandag een zelfmoordaanslag pleegde in de Turkse plaats Suruç was een twintigjarige Turkse student, Seyh Abdurrahman Alagöz, die een half jaar geleden naar Syrië is gegaan en volgens zijn moeder recent terugkeerde, aldus Turkse media. Hij had contacten met een verdachte van een bomaanslag begin juni op een verkiezingsbijeenkomst van de pro-Koerdische HDP (Democratische Volkspartij). Alagöz kwam uit Adiyaman, 500 kilometer ten zuidoosten van Ankara, aldus een regeringsfunctionaris.
Over de identiteit van een omgekomen vrouwelijke medeplichtige is nog niets bekend. Bij de aanslag kwamen maandag 32 overwegend jonge mensen om het leven en raakten er circa honderd gewond. De slachtoffers waren Turkse Koerden die naar Kobani vlak over de grens in Syrië wilden om steun te betuigen aan Koerdische milities en te helpen met de wederopbouw.
Beelden van de zelfmoordaanslag moesten woensdag worden verwijderd van internet op bevel van een rechter in Suruç. Verscheidene internetproviders hebben daarom de toegang tot Twitter enige tijd geblokkeerd. In de loop van de middag is volgens de krant Hürriyet de toegang weer hersteld, toen de beelden waren verwijderd.
In de grensplaats Ceylanpinar zijn twee politieagenten om het leven gebracht. De plaats ligt aan de Syrische grens, 150 kilometer ten oosten van Suruç. Het is niet duidelijk of de moorden iets met Syrië te maken hebben. Maar Ceylanpilar heeft veel te maken met de strijd die vlak over de grens woedt tussen de soennitische extremisten van Islamitische Staat (IS) en Koerdische milities. De gewapende radicale Koerdische Arbeiderspartij (PKK) heeft via een website gesteld verantwoordelijk voor de dood van de agenten te zijn. Het zou een wraakactie zijn voor de zelfmoordaanslag.
Veel Koerden verdenken de Turkse regering ervan IS te steunen. President Erdogan en premier Davutoglu hebben dinsdag boos betoogd dat dit onzin is die vooral door de HDP wordt rondverteld. Davutoglu stelde dat de HDP „door zijn banden met terroristen (de PKK) wel bloed aan de handen heeft, maar de regeringspartij AK niet”.