Buitenland

In Memoriam: Boris Trajkovski (1956-2004)

De donderdag omgekomen Macedonische president Boris Trajkovski slaagde er als een van de weinige Balkanleiders in om na de opsplitsing van Joegoslavië de etnische tegenstellingen in zijn land te overbruggen en twee elkaar naar het leven staande bevolkingsgroepen tot elkaar te brengen.

AP/ANP
27 February 2004 11:18Gewijzigd op 14 November 2020 01:00

De pro-westerse president Boris Trajkovski verongelukte uitgerekend op de dag waarop premier Crvenkovski formeel het lidmaatschap van de Europese Unie wilde aanvragen bij Ierland, de huidige EU-voorzitter. Deze belangrijke stap van het nog jonge land zou voor de president een nieuw hoogtepunt zijn geweest in zijn pogingen stabiliteit te brengen in de voormalige Joegoslavische deelrepubliek.

De in 1999 gekozen Trajkovski, de tweede president van een onafhankelijk Macedonië, wordt door voor- en tegenstanders geprezen als een leider die etnische en religieuze scheidslijnen wist te overbruggen, al worden er vraagtekens gezet bij de duurzaamheid van zijn politieke erfenis.

De 47-jarige Trajkovski, een Slavische Macedoniër, won in 1999 nipt de presidentsverkiezingen, dankzij de steun van de Macedonische Albanezen, die ongeveer een kwart van de bevolking van het 2 miljoen inwoners tellende land vormen. De eerste twee jaar van zijn presidentschap zouden meteen de zwaarste worden uit zijn politieke loopbaan, die hij door een van alle kanten verwachte herverkiezing later dit jaar wilde bekronen.

Kort na zijn inauguratie viel het Joegoslavische leger op bevel van Slobodan Milosevic het aan Macedonië grenzende Kosovo binnen. Honderdduizenden etnische Albanezen vluchtten na de inval de grens met Macedonië over. Trajkovski vroeg met succes de internationale gemeenschap om hulp en bouwde een groot aantal vluchtelingenkampen voor de Albanese Kosovaren.

Ruim een jaar later werd Trajkovski geconfronteerd met een burgeroorlog in eigen land. Waar zijn voorganger Kiro Gligorov er in 1991 in slaagde Macedonië zonder geweld los te maken van Joegoslavië, leek Trajkovski alsnog geconfronteerd te worden met een etnisch conflict dat zou leiden tot de opdeling van zijn land. De Macedonische Albanezen eisten onder aanvoering van felnationalistische leiders een mate van autonomie die de facto neer zou komen op onafhankelijkheid.

Bijna een halfjaar woedde er een guerrillaoorlog tussen Albanese strijders, die steun kregen uit Albanië, en het Macedonische leger. Trajkovski slaagde er na langdurige buitenlandse bemiddeling in het conflict te bedwingen en de Albanezen onder toekenning van een grote mate van zelfbestuur binnenboord te houden. „Ik wil de president zijn van alle Macedoniërs, ongeacht de etnische of religieuze achtergrond of politieke voorkeur” zei hij in de toespraak ter gelegenheid van zijn inwijding als president. Een NAVO-vredesmacht houdt toezicht op naleving van het politieke akkoord tussen Trajkovski en de etnische Albanezen.

De weg die Trajkovski naar het presidentschap leidde was allesbehalve gewoon. Hij studeerde rechten aan de universiteit van Skopje en hij werkte jarenlang op de juridische afdeling van een bouwonderneming. Daarna vertrok hij naar de Verenigde Staten. Daar keerde hij zich af van de orthodoxe kerk, ging theologie studeren en werd methodistisch predikant. Na jaren als geestelijke te hebben gewerkt ging hij de politiek in. In 1998 werd hij onderminister van Buitenlandse Zaken. Nauwelijks een jaar later won hij met een marge van ongeveer 70.000 stemmen de presidentsverkiezingen. Trajkovski laat een vrouw, een zoon en een dochter achter.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer