Kopp leerde de Venezolaan Ilich Ramírez Sánchez, bekend als Carlos, in de jaren zeventig kennen. Ze werd zijn maîtresse, medeplichtige en in 1985 in Damascus zijn echtgenote. Ze hebben een dochter.

Kopp sloot zich eerst aan bij ultralinkse groepen in Frankfurt. Ze was een van de oprichters van de terreurgroep Revolutionaire Cellen. Ze was betrokken bij een aanval op een conferentie van de OPEC in 1975 in Wenen en de kaping van een toestel van Air France die eindigde in het Oegandese Entebbe in 1976.

Na de kennismaking met Carlos trok ze naar Frankrijk, waar Carlos de groep Boudia leidde. Ze werd in 1982 in Parijs gearresteerd terwijl ze een aanslag voorbereidde op het kantoor van een kritisch Arabisch blad in ballingschap. Ze kreeg vier jaar cel en vertrok daarna naar Damascus, waar Carlos te gast was bij president Hafez al-Assad. Toen die gastvrijheid in 1990 ophield, scheidden de wegen van Kopp en Carlos. Kopp keerde uiteindelijk naar Duitsland terug en Carlos belandde in een Franse cel.