Buitenland

Powell verlengt ultimatum aan oppositie Haïti

De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Powell, heeft het ultimatum voor de aanvaarding van het vredesplan voor Haïti met 24 uur verlengd. Dit heeft oppositieleider Evans Paul maandag in Port-au-Prince verklaard.

Buitenlandredactie
24 February 2004 11:46Gewijzigd op 14 November 2020 00:59

Het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken bevestigde kort daarop de verklaring van Paul. Een woordvoerster van het Witte Huis stelde dat het ultimatum vandaag om 23.00 uur (Nederlandse tijd) afloopt. Ze zei dat de landen die bij het vredesplan zijn betrokken het eens waren over verlenging van het ultimatum.

De VS zijn een van de landen die bemiddelen in het conflict in het Caraïbische land. President Aristide heeft het plan al aanvaard, maar de oppositie wil dat Aristide zijn biezen pakt. Het vredesplan dat op tafel ligt, voorziet erin dat Aristide zijn ambtstermijn tot begin 2006 gewoon kan uitzitten. Hij moet wel een nieuwe premier naast zich dulden, die een regering zal samenstellen waarin ook de oppositiegroepen hun zegje kunnen doen. Na vorming van een nieuwe regeerploeg komen er verkiezingen, maar een datum daarvoor is nog niet vastgelegd.

Het Haïtiaanse verzet tegen Aristide wil de komende dagen optrekken naar de hoofdstad Port-au-Prince om president Jean-Bertrand Aristide te verjagen. Afgelopen weekeinde veroverden opstandelingen al Cap-Haïtien, de op een na grootste stad. Daarbij kwamen tien mensen om het leven. Deze maand zijn al ongeveer zeventig mensen om het leven gekomen door het politieke geweld in Haïti. Nederland heeft, evenals andere westerse landen, zijn burgers ertoe opgeroepen Haïti te verlaten. De Franse minister van Buitenlandse Zaken, De Villepin, sprak van een „bloedbad in ontwikkeling.”

Minister Bot (Buitenlandse Zaken) vreest dat er in Haïti een burgeroorlog zal uitbreken tussen rebellen en aanhangers van president Aristide. Dat bleek maandag uit antwoorden van minister Bot op kamervragen van SGP, PvdA en ChristenUnie. Bot schrijft dat het politieapparaat (Haïti heeft geen leger) de grootste moeite heeft het wettig gezag te handhaven tegen rebellen, die al diverse steden hebben veroverd. „In deze context is verdere escalatie en uiteindelijk een burgeroorlog niet denkbeeldig. Dit zal zeker een gevaar opleveren voor de politieke stabiliteit van de Caraïbische regio, allereerst in relatie tot de Dominicaanse Republiek”, aldus Bot.

De opstand verslechtert de veiligheidssituatie in Haïti. Met name niet-gouvernementele organisaties hebben daarmee te maken. De stichting reformatorische hulpaktie Woord en Daad verzorgt voor 10.000 leerlingen het onderwijs, van wie er 5000 een sponsor hebben via financiële adoptie. Behalve een onderwijsprogramma steunt Woord en Daad een omvangrijk gezondheidszorgprogramma, dat voor een deel ook stilligt.

Guy Philippe, de beruchte vroegere politiechef van Cap-Haïtien die zich bij de rebellen heeft aangesloten, zei maandag in een radio-interview dat de opstandelingen nu eerst Saint-Marc willen veroveren, zo’n 100 kilometer ten noorden van Port-au-Prince. Dan willen zij oprukken naar de hoofdstad. Philippe verwacht dat zijn troepen heel Haïti binnen vijftien dagen in handen hebben.

In Port-au-Prince waren maandag tal van straten gebarricadeerd ter voorbereiding op een mogelijke aanval van de rebellen. Er gaan geruchten dat sommige ministers al zijn ondergedoken uit vrees voor de rebellen.

Het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken rept in zijn negatief reisadvies over een „instabiele veiligheidssituatie.” „Nederlanders voor wie verblijf op Haïti niet absoluut noodzakelijk is, wordt aangeraden het land te verlaten voorzover dit op een veilige manier mogelijk is”, aldus het ministerie.

Het departement waarschuwt voor brandende barricades, ontvoeringen, afpersingen, diefstal en andere vormen van geweld. Het ministerie beschouwt het gehele land als onveilig gebied. Nederlanders moeten extra voorzichtig zijn in de buurt van het internationale vliegveld in de hoofdstad en in en rondom banken. Het wordt afgeraden sieraden te dragen en foto’s van personen te maken zonder dat zij hiervoor toestemming hebben gegeven. Er wonen ongeveer tachtig Nederlanders in Haïti. Het is niet duidelijk hoeveel van hen het land al hebben verlaten.

De Amerikaanse regering heeft vijftig mariniers naar Haïti gestuurd als extra bescherming voor de Amerikaanse ambassade in Port-au-Prince. Een militair transportvliegtuig met de versterkingen kwam maandag in de hoofdstad aan.

Het Internationale Rode Kruis maakt zich zorgen over de situatie. Medewerkers troffen een van de grote ziekenhuizen in Port-au-Prince verlaten aan. Op andere plaatsen werden patiënten uit hun bedden gesleurd. Het is niet duidelijk wat er met hen is gebeurd. Het Rode Kruis is van plan een ziekenhuisvleugel in gebruik te nemen om hulp te kunnen verlenen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer