Alle zeven reformatorische en ook tal van andere christelijke scholen voor voortgezet onderwijs hebben de ouders intussen per brief of e-mail gewaarschuwd voor het occulte spel, dat wereldwijd een rage onder tieners is. „Door dit ‘spel’ proberen geesten uit de duisternis jouw leven binnen te dringen”, stelde de Pieter Zandt scholengemeenschap. „Het is een occult spel, dat voor elke jongere en oudere een reële bedreiging vormt”, waarschuwde het Van Loden­stein College.

Het AD meldde donderdagmorgen dat de Interconfessionele Scholengroep Westland (ISW) in Poeldijk ouders heeft opgeroepen alert te zijn op het Charlie Charlie-spel, dat associaties oproept met glaasje draaien. „Het veroorzaakt onrust onder de leerlingen, sommigen slapen er slecht door”, stelt de school. De schoolleiding kondigde aan dat docenten ingrijpen als ze zien dat het spel in de pauzes wordt gespeeld, maar vraagt ook ouders op te letten of hun kind zich ermee bezighoudt.

Het spel riekt naar occultisme, en daar moet je ver vandaan blijven, zei dr. R. J. A. Doornenbal, docent aan de Christelijke Hoge­school Ede, in deze krant. „Je stelt je open voor contact met een geestelijke entiteit. Ik zeg daarvan: Dat is een spelletje dat je niet moet willen spelen.” De praktijk laat volgens de theoloog zien dat jongeren die meedoen aan occulte spelletjes, zoals het ”ouija”­bord, enorme angsten kunnen krijgen.

In reactie op de brieven van scholen en de waarschuwing van Doornenbal stelde ds. W. de Bruin, christelijk gereformeerd predikant in Purmerend, vanmorgen in het Nederlands Dagblad dat zij te gemakkelijk meegaan in de „iets te waakzame en weinig nuchtere reactie” dat het een demonisch spel zou zijn. „Potloden bewegen nu eenmaal makkelijk. Wat dat betreft zou de hele Charlie Challenge een stuk geloofwaardiger worden als je het met bakstenen zou doen. Kinderen die het al een raar spel vinden, krijgen nu ook nog te horen dat ze zich op het terrein van de duivel begeven. Echt, daar word je als kind extra bang van. Waarom niet eerst een poging ondernemen het verschijnsel te ontmythologiseren? Volgens mij is het de taak van christelijke opvoeders om angst weg te nemen, en niet aan te wakkeren.”

Een waarschuwend geluid klinkt echter van Joyce de Jongh, die zelf vijf jaar als heks verstrikt was in het web van occultisme. Ze kende de Charlie Charlie Challenge niet voordat de rage op sociale media ontstond. Toen ze doorhad om wat voor spel het draaide, gingen „alle alarmbellen rinkelen”, vertelt ze.

De Jongh reageert positief op de brandbrief van de christelijke scholen. „Maak mensen bewust van het gevaar van zo’n spel. Er heerst in het algemeen veel naïviteit rond occulte zaken. Ook in christelijke kring, terwijl je daar anders zou verwachten. De geestelijke wereld is realiteit. God Zelf is een geest. En Hij waarschuwt dat je moet oppassen met wie je je inlaat. Er wordt wel gezegd dat je niet met vuur moet spelen. Je moet ook niet met geesten spelen. Het is geen grapje.”

De Jongh waarschuwt tegen de nieuwsgierigheid die jongeren kunnen hebben om „één keertje” mee te doen met de Charlie Challenge. „Nieuwsgierigheid is een van de trucs die de duivel gebruikt. Het is zo spannend. „Probeer het eens, het valt vast mee met wat God zegt”, fluistert hij dan in. Het is dezelfde leugen als die hij bij de zondeval gebruikte. Denk niet dat één keer meedoen met zo’n spel niet uitmaakt. Zoiets zeg je ook niet als iemand in contact komt met een loverboy.”