Traditiegetrouw gaan veel Turken op 1 mei de straat op. Van premier Ahmet Davutoglu mogen ze demonstreren, maar dan alleen symbolisch. Grote marsen, zo maakte hij duidelijk, worden aangepakt. Bovendien is het Taksimplein in Istanbul hermetisch afgesloten.

In de ochtend werden volgens Hürriyet al mensen opgepakt, omdat ze gasmaskers bij zich hadden. De politie greep later op de dag stevig in bij een groep betogers op het Besiktasplein. Die onderhandelden om richting het Taksimplein te mogen lopen, maar dat werd hun verboden. Volgens journalisten ter plaatse keerden de betogers net huiswaarts, toen de politie hen met geweld uiteendreef.

Ook zo’n dertig leden van de Communistische Partij werden met geweld tegengehouden, toen zij tegelijk vanuit een hotel richting het Taksimplein sprintten. Slechts een beperkt groepje betogers mag het plein op. Twee vrouwen die wel toegang hadden, werden opgepakt toen ze een spandoek wilden ontvouwen.

Volgens Turkse media zijn drie parlementsleden gewond geraakt tijdens de protesten. Twee van hen, Pervin Buldan en Sabahat Tuncel, hadden last van het traangas. Aykut Erdoglu bezeerde zijn hand, toen hij een politiebusje sloeg. De agenten wilden niet naar hem luisteren. Hoeveel demonstranten er gewond zijn geraakt is niet duidelijk. Zeker één man werd neergestoken. Anderen werden door mensen in burgerkleding aangevallen met knuppels.

Het Taksimplein was in 1977 het toneel van een bloedige demonstratie ter ere van de Dag van de Arbeid. Destijds betoogden honderdduizenden mensen op het plein, toen schoten klonken en de oproerpolitie het protest uiteendreef. In de paniek kwamen tientallen mensen om.

In andere Turkse steden verliepen de betogingen wel vreedzaam en zonder problemen.