Buitenland

Regeringsraad Irak trekt macht naar zich toe

De door de Amerikanen aangestelde tijdelijke regeringsraad in Irak heeft in meerderheid afstand genomen van het beleid van president Bush. De raadsleden willen in tegenstelling tot de Amerikaanse regering dat zij de formele macht krijgen zolang er in het gehavende land geen vrije verkiezingen gehouden kunnen worden, aldus The Washington Post van dinsdag.

ANP
18 February 2004 06:37Gewijzigd op 14 November 2020 00:58

De VS willen op 30 juni de macht in Irak overdragen aan een tijdelijke Nationaal Assemblee. Tijdens vergaderingen van stamoudsten en andere notabelen in alle achttien provincies van het land moeten de 250 leden van dit orgaan worden aangewezen. Vrije verkiezingen zijn volgens de Amerikanen niet mogelijk. De tijd, de kiesregisters en stabiliteit zouden daarvoor ontbreken.

De belangrijkste religieuze leider van de sjiitische meerderheid in het land, grootayatollah Ali al-Sistani, neemt hier vooralsnog geen genoegen mee en eist dat het volk de leden van de assemblee kiest. Veel leden van de regeringsraad, onder wie nu ook soennieten en Koerden, menen daarom dat het beter is af te zien van het plan. Ze vinden het logischer dat de raad voorlopig de macht overneemt.

De Verenigde Naties, die een oplossing voor kwestie proberen te vinden, hebben laten weten dat verkiezingen voor 30 juni niet mogelijk zijn, maar waarschijnlijk wel een halfjaar later. Een soennitisch lid van de regeringsraad, Ghazi Yawar, zei dinsdag dat het „onzinnig” is om dan alsnog een interim-parlement te benoemen dat slechts een zeer beperkte periode in functie zal zijn.

Terwijl de bezettingsmacht samen met de Iraakse bestuurders en de VN worstelen over de toekomst, berichtte The Guardian weer eens over het weinig opheffende verleden van het Arabische land. Britse politici hebben volgens deze Britse krant via een omweg grote sommen geld van de voormalige Iraakse dictator Saddam Hussein ontvangen om hun campagnes tegen de sancties van de Verenigde Naties te financieren.

Uit in Bagdad gevonden documenten zou blijken dat voormalig Labour-parlementariër George Galloway, Labour-parlementariër Tam Dalyell en de voormalige Ierse premier Albert Reynolds geld uit het olie-voor-voedselprogramma hebben ontvangen. Dit programma was juist bedoeld om de onbedoelde gevolgen van de VN-sancties voor de Iraakse burgerbevolking te ondervangen.

Het ’oliegeld’ werd via drie Arabische zakenlieden, die in Groot-Brittannië woonden, op de bankrekening gezet van Mariam Appeal, een op Irak gericht liefdadigheidsfonds waarvan Galloway voorzitter was, en twee andere belangengroepen, waar Dalyell en Reynolds nauw bij betrokken waren. Het zou om een bedrag van circa 1 miljoen dollar gaan.

Vorig jaar meldde een andere Britse krant, The Daily Telegraph, al dat Galloway geld aannam van het Iraakse regime. Hij was fel tegen de oorlog om Saddam Hussein ten val te brengen en omschreef de Amerikaanse president George Bush en de Britse premier Tony Blair als wolven die zich op Irak stortten.

De harde realiteit van het naoorlogse Irak kwam ook dinsdag weer aan het licht. Wederom waren Amerikaanse militairen doelwit van een aanval. Volgens Amerikaanse media was er zeker een Amerikaanse dode. Nog eens drie Iraakse burgers, onder wie een 10-jarig meisje, kwamen om door een uit koers geraakte Amerikaanse mortiergranaat. Die werd samen met andere projectielen afgevuurd nabij Tikrit, een dagelijke exercitie bedoeld om te voorkomen dat rebellen posities kunnen innemen nabij de grootste Amerikaanse militaire basis in Tikrit.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer