„Verdachte moord Nemstov was ontvoerd”
MOSKOU (ANP). Zaoer Dadajev, verdachte in de moord op de Russische oppositiepoliticus Boris Nemtsov, heeft woensdag tegenover een rechter verklaard ontvoerd te zijn geweest.
Naar eigen zeggen is hij twee dagen vastgehouden op een voor hem onbekende locatie. Hij werd daar mishandeld, bedreigd en gedwongen een bekentenis af te leggen. Daarover berichtten Russische media.
De Tsjetsjeense Dadajev pleitte woensdag niet schuldig en trok zijn eerdere verklaringen in. Dadajev zegt op 5 maart te zijn ontvoerd, waarna hij tot 7 maart werd vastgehouden. De openbaar aanklager heeft gemeld dat er geen formele klachten zijn binnengekomen over de vermeende ontvoering en mishandeling.
De rechter heeft het voorarrest van twee verdachten, Dadajev en Anzor Goebasjev, verlengd omdat er genoeg bewijsmateriaal zou zijn dat wijst op hun betrokkenheid bij de moord. Volgens het team dat de moord onderzoekt zijn er foto’s, getuigenverklaringen en bewijsstukken die bij huiszoekingen zijn gevonden.
Dadajev meent thuis te zijn geweest ten tijde van de moord op Nemtsov op 27 februari in de Russische hoofdstad Moskou. Ook zei hij te twijfelen aan de getuigenverklaringen.
Een lid van de mensenrechtenraad van het Kremlin, vergelijkbaar met de ombudsman in Nederland, liet vorige maand al weten dat de verdachten waarschijnlijk zijn gemarteld. Dadajev zou meerdere verwondingen op zijn lichaam hebben gehad toen Andrej Baboesjkin van de mensenrechtenraad hem bezocht in de gevangenis. Ook Goebasjev en een derde verdachte hadden verwondingen.