Bush benoemt leden commissie Irak
De Amerikaanse president George Bush heeft vrijdag zeven leden benoemd van de commissie die onderzoek gaat doen naar de informatie die de inlichtingendiensten aan de regering ter beschikking stelden over de aanwezigheid van massavernietigingswapens in Irak.
In tegenstelling tot eerdere berichten is niet senator John McCain benoemd tot hoofd van de commissie, maar zal het onderzoek geleid worden door de voormalige Democratische senator en gouverneur van Virginia, Charles Robb, en oud-rechter Laurence Silberman, een Republikein. De komende dagen zullen nog twee leden van de commissie worden benoemd.
De commissie heeft opdracht gekregen volgend jaar maart, tegen de zin van de Democraten dus pas na de presidentsverkiezingen van november, verslag uit te brengen. De belangrijkste opdracht van de commissie zal zijn het beantwoorden van de vraag of de inlichtingendiensten de regering betrouwbare informatie hebben verschaft over Iraakse massavernietigingswapens.
De vraag of de regering de politiek en de bevolking daarover juist heeft geïnformeerd, zal slechts zijdelings aan de orde worden gesteld. Ook zal de commissie in brede zin de rol van de inlichtingendiensten in de strijd tegen het terrorisme in kaart proberen te brengen.
De Democraten hebben kritiek op de commissie, omdat de leden ervan allemaal door Bush zijn uitgekozen, waardoor er geen sprake is van een onafhankelijk onderzoek, aldus de Democraten. Ook willen de Democraten dat de onderzoeksopdracht van de commissie wordt uitgebreid met de vraag of de regering integer is geweest bij het afschilderen van Irak als een acuut en groot gevaar.
Bush rechtvaardigde de oorlog tegen Irak door te stellen dat het bewind van Saddam Hussein over massavernietigingswapens beschikte. Een onderzoeksteam van het ministerie van Defensie, de Iraq Survey Group, is er na maanden nog niet in geslaagd dergelijke wapens te vinden in Irak. „We zijn vastbesloten om uit te vinden waarom niet”, zei de president tijdens een persconferentie in het Witte Huis.
CIA-baas George Tenet zei donderdag dat zijn dienst vóór de oorlog tegen Saddam Hussein nooit de indruk heeft gewekt dat de Iraakse leider een direct gevaar was. De Amerikaanse regering leek de afgelopen dagen de CIA voorzichtig naar voren te schuiven als zondebok, nu langzaam maar zeker duidelijk lijkt te worden dat Irak helemaal niet de beschikking had over de grote arsenalen massavernietigingswapens die Bush als een van de belangrijkste redenen aanvoerde voor de oorlog tegen Saddam Hussein.
Het voormalige hoofd van de Amerikaanse wapeninspecties in Irak, David Kay, zei vorige week dat de Amerikaanse inlichtingendiensten slecht waren geïnformeerd over de aanwezigheid van massavernietigingswapens in Irak en dat ze de politiek foute informatie hadden verschaft over de ontwikkeling daarvan door Saddam. Wel hebben de onderzoeken in Irak volgens Kay aanwijzingen opgeleverd dat het regime van Saddam in het verleden heeft gewerkt aan de ontwikkeling van massavernietigingswapens en dat op grote schaal resoluties van de Verenigde Naties die daarop betrekking hadden zijn geschonden. Kay ontkent dat er door de Amerikaanse regering druk op de inlichtingendiensten en hemzelf is uitgeoefend om de stelling van Bush te ondersteunen dat Irak massavernietigingswapens bezat.
De overige leden van de commissie zijn naast senator McCain de oud-Clinton-medewerker Lloyd Cutler en de voorzitter van Yale University, Richard Levin. McCain zei intussen in de marge van een veiligheidsconferentie in München niet te geloven dat Bush informatie heeft gemanipuleerd voor politiek gewin.