Slimme potvissen eten vislijnen leeg
Potvissen hebben van alle dieren de grootste hersenen. In de Golf van Alaska bewijzen ze dat wel heel duidelijk. Ze laten de vissers daar het werk doen en happen de koolvis zo van de lijn.
„Ze plukken ze als druiven van de tros”, vertelt Dick Curran, een visser die al jaren in de golf werkt. „Hoe ze het voor elkaar krijgen, weet ik niet.”
De vissers zien het met lede ogen aan. Samen met biologen proberen zij uit te zoeken hoeveel vis er in de potvissenmagen verdwijnt en of er iets tegen te doen is.
Koolvis wordt gevangen door middel van een 3 kilometer lange lijn waaraan om de 1 à 2 meter haken vastzitten. Het ene eind van de lijn wordt in de zeebodem verankerd, het andere gemarkeerd met een boei. Na acht tot twaalf uur wordt de lijn ingehaald. Vaak hangen er honderden koolvissen aan.
De potvissen zijn erachter gekomen dat de vissers de koolvis, waar zij zo verzot op zijn, naar de oppervlakte halen en hebben geleerd hoe zij de 45 tot 75 centimeter grote vissen van de haak moeten halen. „Als je naar die grote walvissen kijkt, snap je dat je daar niet tegenop kunt”, zegt Dan Falvey, een van de tien vissers die met biologe Jan Straley samenwerken.
Potvissen vinden hun prooi op het gehoor. Door de echo’s van hun klikkende geluiden krijgen ze een beeld van hun omgeving en van wat er allemaal voorbijkomt. Tot nu toe is er nog nooit een walvis ernstig gewond geraakt of in een lijn verstrikt geraakt, zeggen de vissers.
Na één seizoen hebben Straley en haar collega’s de indruk gekregen dat de mannetjespotvissen langs de rand van het continentaal plat patrouilleren, in afwachting van de vissersboten. „Ze kennen het geluid van het aanslaan van de hydraulische apparatuur”, zegt Linda Behnken, directrice van de lijnvissersbond van Alaska. „Voor hen klinkt dat als de bel voor het eten.”