Extremisten in Irak nog lang niet verslagen
BAGDAD. Ondanks kleine successen van het Iraakse leger blijken de vaak beter bewapende en ideologisch gedreven militanten van Islamitische Staat (IS) nog steeds grote delen van Irak in handen te hebben. IS concentreert zich hierbij op de Iraakse soennitische provincies, waar de afkeer van de sjiitische regering in Bagdad zo groot is dat veel stammen IS preferen.
De strategie van de door de Verenigde Staten aangevoerde anti-IS-coalitie is gebaseerd op het uitvoeren van luchtaanvallen die lokale grondtroepen moeten ondersteunen in hun strijd tegen IS. Een groot probleem voor de VS hierbij is echter dat dit in het noorden van Irak de Koerdische peshmerga’s, zijn die het uitsluitend als hun taak zien Koerdistan te beschermen tegen IS. Meer zuidelijk vechten door Iran bewapende sjiitische milities tegen IS.
De VS hadden gehoopt dat de Iraakse soennitische stammen een eigen anti-IS-alliantie zouden oprichten. Dit zou een herhaling moeten worden van het scenario in 2006, toen de soennitische stammen in Irak de Sahwagroeperingen oprichtten om al-Qaida uit hun provincies te verdrijven.
Een dergelijke alliantie bleef echter tot op heden uit. Vandaar dat Washington nu werkt aan een plan om in de soennitische provincies een ”nationale garde” op te richten. Die zal moeten gaan bestaan uit tussen de 120.000 en de 200.000 soennitische jongeren en zal worden aangevoerd door ex-officieren van het voormalige Ba’athregime. Vooral dit laatste deed alarmbellen rinkelen bij veel sjiieten, die slechte herinneringen hebben aan dit regime.
Het waren echter niet alleen sjiieten die bij dit plan de wenkbrauwen fronsten. Velen vrezen dat een dergelijke uitsluitend door soennieten bemande nationale garde de sektarische tegenstellingen in Irak zal vergroten. De kans bestaat dat deze garde zich in de loop der tijd zal ontwikkelen tot een soennitische variant van de peshmerga’s en dat ook de soennieten met de wapens in de hand autonomie of zelfs een eigen onafhankelijke staat zullen gaan eisen.
De VS verwachten dat de Iraakse soennitische stammen via deze garde tegen IS gaan vechten, maar veel soennieten zien in de sjiitische milities een veel groter gevaar. De bedoeling is dat deze nationale garde orders zal opvolgen van de centrale regering in Bagdad, maar wat zal er gebeuren in het geval ze dit weigeren en hun wapens gaan richten tegen deze regering, die in hun ogen uiteindelijk slechts een zetbaas is van het gehate sjiitische Iran?
Er valt slechts één conclusie te trekken. Dat het Westen namelijk na de oprichting van deze garde op grote schaal wapens zal leveren aan drie verschillende en elkaar vijandig gezinde entiteiten.