Kerk & religie

Kloof met moslim via theologie niet te overbruggen

HILVERSUM. De kloof die veel christenen met moslims ervaren, en andersom, is vrijwel onmogelijk te overbruggen voor wie zijn vertrekpunt neemt in geharnaste theologische of politieke overtuigingen.

Van onze verslaggever
20 November 2014 21:21Gewijzigd op 15 November 2020 14:32
De kloof die veel christenen met moslims ervaren, en andersom, is vrijwel onmogelijk te overbruggen voor wie zijn vertrekpunt neemt in geharnaste theologische of politieke overtuigingen. beeld Niek Stam
De kloof die veel christenen met moslims ervaren, en andersom, is vrijwel onmogelijk te overbruggen voor wie zijn vertrekpunt neemt in geharnaste theologische of politieke overtuigingen. beeld Niek Stam

Dat is een van de belangrijkste uitkomsten van een symposium dat de Evangelische Omroep gisteren in Hilversum organiseerde over het thema ”I love muslims”.

Uit onderzoek van de EO blijkt dat de meeste Nederlanders, zowel christenen als niet-christenen, in toenemende mate een kloof met de islam en met moslims ervaren.

Ook op het symposium, waarvoor tal van sprekers waren uitgenodigd, bleek die onderlinge afstand. Verschillende christelijke deelnemers spraken vanuit een politiek of theologisch kader, maar werden niet begrepen door de islamitische aanwezigen.

Zo vond PvdA-Kamerlid Ahmed Marcouch de bijdrages van conservatief denker Bart Jan Spruyt en van joods-christelijk pastor Ben Kok „typerend voor de kloof.” „Stel dat ik van niets zou weten”, zei Marcouch, „zou ik me dan door hun bijdrages aangesproken voelen?”

Ook andere moslims gaven aan zich „ontzettend hebben zitten op te vreten” tijdens de betogen van Kok en Spruyt. Tegelijkertijd bleek in de wandelgangen dat juist deze sprekers onder het overwegend christelijke publiek op heel wat bijval konden rekenen.

Spruyt, volgens debatleider Elsbeth Gruteke gevraagd om „de reformatorische blik” te vertolken, zei dat hij als christen de islam „alleen als vervelende vergissing” kan beschouwen. „Ik gun alle moslims dat ze zich bekeren tot de vrijheid in Jezus Christus.”

Spruyt bekeek de aanwezigheid van de islam in Nederland vooral door een politieke bril. „Moslims hebben de vrijheid om hun geloof te belijden en te beleven, tenzij ze de democratische rechtsstaat waarvan ze zelf profiteren willen ondermijnen of zelfs afschaffen.”

De joods-christelijke pastor Ben Kok uit Amersfoort, bekend om zijn stevige uitspraken over de islam, nam zijn vertrekpunt in de theologie. „Ik wil graag met moslims praten om ze hun duisternis te laten zien”, zei hij. „De islam is een totalitair systeem met een duivelse godheid. Helaas is niet één van alle zesduizend kerken en vijftig synagoges in Nederland daar helder over.”

De onoverbrugbare theologische kloof tussen moslims en christenen werd ook benadrukt door sprekers die missionair werk onder moslims doen. „Als je in gesprek gaat met moslims, blijkt dat zij onder barmhartigheid toch iets heel anders verstaan”, Martijn Leeftink, die in Rotterdam namens enkele kerken onder moslims werkt.

Toch wil hij niet bij die verschillen beginnen. „Jezus doet de scherpe uitspraak: Heb je vijand lief. Theologisch gezien zijn moslims misschien wel vijanden; vijanden van het kruis. Maar juist hen moeten we opzoeken, de hand reiken. Niet alleen de knuffel-Turk, maar ook de haatbaard en de boerkababe.”

De oplossing van Leeftink, die een scheiding maakt tussen de beoordeling van de islam als godsdienst en de benadering van moslims als mens, werd door veel christelijke sprekers omarmd.

„Ik ben kritischer over de islam gaan denken omdat ik bepaalde dingen heb gezien rond afvalligheid”, stelde bijvoorbeeld CU-Kamerlid Gert-Jan Segers. „Maar tegelijk ben ik veel dichter bij moslims komen staan. Als het menselijke voorafgaat aan het religieuze, kun je alles bespreken.”

Ook Evangelie & Moslims staat die benadering voor. De organisatie vindt dat de EO in haar onderzoek moslims en de islam teveel over één kam scheert, schreef directeur ds. Cees Rentier gisteren op de website.

Maar ook een liefdevolle, menselijke benadering is niet voor iedere moslim akkoord, zo stelde de journaliste Lamyae Aharouay gisteren luid en duidelijk op het symposium. Ze was sowieso al niet te spreken over het onderwerp van het symposium, ”I love muslims”. „Alsof moslims een exotische diersoort zijn”, riep ze boos.

Ook de pogingen van prof. Bernhard Reitsma, die als docent van de Christelijke Hogeschool Ede met zijn studenten naar Rotterdam gaat om in gesprek te komen met moslims, kunnen niet op haar goedkeuring rekenen. „Je gaat op safari”, verweet ze hem.

Wat dan wel de oplossing kan zijn voor meer onderling contact, kon ze echter niet vertellen. „Er is inderdaad weinig contact, maar dat komt gewoon omdat iedereen zo met zichzelf bezig is.”

www.eo.nl/moslimonderzoek voor de resultaten

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer