Getuige beschuldigt Iran van betrokkenheid bij 11-9
De Iraanse geheime dienst heeft de hand gehad in de aanslagen van 11 september 2001 in het noordoosten van de Verenigde Staten. Een man die zegt voor de dienst te hebben gewerkt heeft dit volgens Duitse aanklagers in Hamburg donderdag verklaard in een proces over de elfde september in Hamburg.
Het proces wordt gevoerd tegen de van betrokkenheid bij de aanslagen verdachte Marokkaan Abdelghani Mzoudi. Hij leek donderdag te worden vrijgesproken omdat de aanklagers er niet in slaagden hun zaak aannemelijk te maken. De anonieme en niet voor de magistraten verschenen getuige heeft nu voor uitstel van de zitting tot komende donderdag gezorgd.
De verklaringen van de nieuwe getuige zijn in de rechtszaal verwoord door twee politiebeambten en een rechter. Eén politieman zei onder meer dat hij de claims van de Iraanse man „niet realistisch” achtte, afgaande op wat in Duitsland bekend is over de werkwijze van de Iraanse geheime dienst.
De getuige zou die dienst en Iran in juli 2001 hebben verlaten. Hij heeft toen naar eigen zeggen vergeefs de Amerikaanse inlichtingendienst CIA in Bakoe, Azerbeidzjan, gewaarschuwd over dreigende aanslagen op 10 of 11 september dat jaar. De Amerikanen zouden de Iraanse dubbelspion al sinds 1992 hebben gekend en hem 1,2 miljoen dollar hebben beloofd. Hij stelde echter nooit een cent van Washington te hebben gehad. Daarom wendde hij zich later tot Duitsers en Fransen.
In de theorie van de getuige was Saif al-Adel, een afgevaardigde van een Libanese sjiitische organisatie in Iran, de verantwoordelijke voor de aanslagen. Hij had banden met een afdeling van de Iraanse geheime dienst die speciaal werd opgericht voor het plegen van aanslagen, het Departement 43.
Deze afdeling schakelde al-Qaida in, een destijds vanuit Afghanistan geleid netwerk van extremisten, onder de in hun ogen bezielende leiding van de Saudische balling en terrorist Osama bin Laden. Diens zoon Saad kwam volgens de getuige meerdere malen in Iran. De getuige verklaarde ook dat Mzoudi drie maanden in Iran is geweest bij de voorbereidingen van de aanslagen. Mzoudi zou als communicatieman hebben gefungeerd en gecodeerde berichten hebben verzonden naar de plegers van de aanslagen.
Mzoudi heeft erkend de destijds in Hamburg wonende plegers van de aanslagen, onder wie de terrorist Mohammed Atta, te hebben gekend. Maar Mzoudi wist naar eigen zeggen niets af van de plannen van deze extremisten. Een man die als medeplichtige geldt en in de VS gevangen zit, Ramzi Binalshibh, heeft dat bevestigd. Mzoudi werd daarom op 11 december vrijgelaten. Hij was volgens de magistraten geen belangrijke verdachte meer.
Maar de aanklagers eisen vijftien jaar cel voor Mzoudi omdat hij medeplichtig zou zijn geweest aan de aanslagen en daarmee de moord op meer dan 3000 mensen. Deze week voerden ze de anonieme Iraniër op als nieuw bewijsmateriaal.
Hij heeft zijn verklaringen maandag in Hamburg gedaan. Ze scheppen een hoogst ongebruikelijk beeld over vermeende samenwerking tussen extremistische sjiieten in Iran en extremistische soennieten zoals aanhangers van Bin Laden en andere extremistische soennieten uit vooral Saudi-Arabië.