Het openbaar ministerie verdenkt de man van de moord op Van de Ven én van die op de Edenaar Anton Bussing.

De 25-jarige Utrechtse werd op 1 oktober 2002 dood aangetroffen in de kamer van haar huisgenoot F. Woensdag bleek dat de loop van een vuurwapen tegen haar hoofd was gehouden, terwijl er minimaal vijf schoten op haar waren gelost. De behandeling van de zaak ging donderdag verder.

Uit onderzoek bleek dat Van de Ven waarschijnlijk met hetzelfde wapen werd omgebracht als de Edenaar Bussing. Deze 31-jarige verzekeringsagent werd in 1995 in zijn woonplaats dood aangetroffen in zijn auto. Gisteren beperkte de rechtbank zich tot de bespreking van de moord op Van de Ven.

Dat F. en Van de Ven ruzie hadden over een wasmachine en droger, zoals veel getuigen hadden verklaard, ontkende F. Hij bleef bij zijn eerdere verklaring dat hij de dag na de moord in een bos bij Utrecht uit een verdoving was ontwaakt.

Hoe hij daar was gekomen, of wat er op de dag van de moord was gebeurd, kon hij zich niet herinneren. Wel wist hij zeker dat hij de moord niet had gepleegd. Ook de munitie en onderdelen van wapens die in zijn woning waren aangetroffen, zouden niet van hem zijn geweest.

F. verklaarde dat iemand probeert hem erin te luizen. Over de vragen wie en waarom wilde hij zich, ondanks de zich opstapelende bewijzen tegen hem, niet uitspreken.

Zo was hij gezien in de auto van Van de Ven, die na de moord bij een talud van de A27 werd aangetroffen. Bovendien hadden zijn familieleden onderling telefoontjes gepleegd waaruit zou kunnen worden opgemaakt dat hij de moord tegenover zijn vader had bekend.