Nabestaanden moord vaak opgeslokt door rouw
GRONINGEN (ANP). Nabestaanden van een moordslachtoffer worden vaak zo opgeslokt door rouwgevoelens dat ze helemaal niet meer kunnen functioneren. „Ze zijn week in, week uit, dag in, dag uit, alleen maar bezig met de moord en hun gevoelens daarbij. Ze zijn niet in staat hun aandacht op andere dingen te richten.” Dat vertelt de Groningse criminologe Mariëtte van Denderen. Op een symposium over Rouw na Moord, georganiseerd door Fonds Slachtofferhulp, presenteert ze donderdag de bevindingen van haar onderzoek onder 331 nabestaanden van moordslachtoffers.
Van deze 331 mensen had 80 procent last van zogenoemde gecompliceerde rouw. „Bij ‘normale’ rouw na het overlijden van een dierbare, zijn de gevoelens eerst heel heftig, maar kan je je daarna wel weer focussen op andere dingen, zoals werk of studie. Maar bij gecompliceerde rouw lukt dat niet. Wat ook niet helpt, is de media-aandacht voor moorden en de rechtszaken.”
Waarom de ene wel en de andere geen last krijgt van deze extreme vorm van rouw, is onder meer afhankelijk van iemands persoonlijkheid, denkt Van Denderen.
In de groep nabestaanden die meededen aan het onderzoek, kreeg ongeveer een derde last van posttraumatische stressklachten (PTSS), zoals angstige gevoelens, herbelevingen en nachtmerries.
77 mensen uit de studie lieten zich behandelen met een combinatie van cognitieve gedragstherapie en EMDR. Dat is een techniek waarbij mensen hun verhaal vertellen, terwijl ze afgeleid worden door bijvoorbeeld handbewegingen. Idee is daarbij dat het voor de hersenen moeilijk is de aandacht te verdelen, waardoor het vertelde als minder heftig ervaren wordt, ook in de toekomst.
Voor bijna de helft van de mensen met PTSS en 40 procent van de mensen met gecompliceerde rouw, namen de klachten af. Van Denderen vindt dat een hoopgevend resultaat. „Het wil niet zeggen dat de klachten helemaal weg zijn, maar wel dat mensen leren leven met hun rouw. Ze zijn niet meer dag in, dag uit met hun rouw bezig en hebben ook aandacht voor andere dingen.”
Inmiddels is er een landelijk netwerk van therapeuten opgezet die de behandeling aanbieden.