Buitenland

Oud-minister Liberia: Ebola ontwricht hele samenleving

In een vliegtuig brak deze week paniek uit toen een Amerikaan ‘grapte’ dat hij ebola had. Het tekent de angst voor het virus. „We zijn te laat ontwaakt”, zegt oud-minister Kofi Woods van Liberia.

Mark Wallet
11 October 2014 08:32Gewijzigd op 15 November 2020 13:32
MONROVIA. De Liberiaanse regering probeert de bewustwording over de gevaren van ebola onder de bevolking te vergroten. Het virus lijkt inmiddels echter onbeheersbaar te worden. De gevolgen voor het land zijn groot. beeld EPA
MONROVIA. De Liberiaanse regering probeert de bewustwording over de gevaren van ebola onder de bevolking te vergroten. Het virus lijkt inmiddels echter onbeheersbaar te worden. De gevolgen voor het land zijn groot. beeld EPA

Leek ebola lange tijd vooral een Afrikaans probleem, inmiddels is duidelijk dat ook westerse landen niet zonder meer buiten schot blijven. Voor het eerst bleek deze week een persoon op Europees grondgebied besmet: een Spaanse verpleegster die het virus opliep bij de verzorging van een ebolapatiënt in een ziekenhuis in Madrid. In West-Afrika zijn inmiddels 3800 doden te betreuren.

VN-topman Ban Ki Moon verklaarde deze week in Washington dan ook met klem dat de internationale gemeenschap geen tijd meer mag verspillen in de strijd tegen ebola, maar in actie moet komen. „Er is geen tijd om te wachten op consensus of verdere consultaties. De internationale gemeenschap moet nu opstaan en in actie komen”, benadrukte hij.

Mensenrechtenadvocaat en Liberiaans oud-minister Samuel Kofi Woods sluit zich van harte aan bij de oproep van Ban. „Niemand weet hoe het virus zich gaat ontwikkelen. Het gaat daarom de hele wereld aan. Ook onze vrienden of verwanten kunnen het slachtoffer worden.”

Woods benadrukt dat het ebolavirus nooit alleen een Afrikaans probleem is geweest. „De internationale gemeenschap is te laat wakker geworden. Tegelijk zijn we blij met alle hulp die wordt geboden om het virus in te dammen.” Woods was afgelopen week op uitnodiging van de hulporganisaties Cordaid en Save the Children kort in Den Haag en Brussel.

Hoe is de sfeer in uw land?

„Bedrukt. Iedere dag sterven er mensen aan ebola. Het gezondheids­systeem is volledig ingestort. Er dreigt een tekort aan voedsel. De kinderen gaan niet meer naar school. De werk­gelegenheid neemt af, investeerders blijven weg. Het ebolavirus heeft grote gevolgen.”

Het Britse tijdschrift The Economist sprak de vrees uit dat sommige getroffen staten zullen imploderen. Deelt u die zorg?

„Ik acht die zorg reëel. We komen in Liberia net uit een verwoestende burgeroorlog, uit een situatie waarin elke staatsstructuur feitelijk ontbrak: een ”failed state”. De laatste jaren was er sprake van enige wederopbouw en was Liberia wellicht het best te omschrijven als een kwetsbare staat. Maar door de uitbraak van het virus nu zijn weer terug bij af.”

De kritiek klinkt dat de regering het land te veel heeft verwaarloosd, waardoor het virus nu zo om zich heen kan grijpen.

„Onze regering heeft, net als de internationale gemeenschap, te lang in een fase van ontkenning verkeerd. Het duurde zes maanden voordat ze tegen ebola in actie kwam. Maar de mogelijkheid bestaat nog om dit te corrigeren. Ik zie een keer ten goede.”

Maar het probleem lijkt dieper te liggen: bij wantrouwen tegenover de autoriteiten onder de bevolking.

„O ja. De regering heeft al jaren te weinig verantwoordelijkheid getoond, er is te veel corruptie, en de wederopbouw van onder meer de gezondheidszorg heeft te weinig prioriteit gekregen. Dat heeft het vertrouwen in de regering geschaad en daarom zijn nu ook adviezen rond ebola in de wind zijn geslagen. Dat is tragisch.”

Tijdens een bezoek aan Atlanta, 
in de VS, zei u bereid te zijn de regering voor haar wanbeleid voor het gerecht te dagen.

„Ik zei dat in reactie op het bericht dat de Liberiaanse autoriteiten de met ebola besmette Thomas Duncan zouden vervolgen, mocht hij gezond naar Liberia terugkeren (Duncan was vanuit Liberia naar de VS gevlogen, waar ebola werd geconstateerd. Bij zijn vertrek zou hij hebben verzwegen dat hij contact had gehad met ebolapatiënten, MW). Ik heb toen gezegd dat ik bereid ben het beste team bij elkaar te trommelen om Duncan te verdedigen en de regering voor het gerecht te dagen. Hij was immers een slachtoffer van wanbeleid. Ik kan zonder problemen een eindeloze lijst gevallen van straffeloosheid en onrecht opsommen die de afgelopen jaren onder de neus van de regering hebben plaatsgevonden. De slachtoffers zijn altijd weer de armen en zwakken in de samenleving. Dat is ook nu weer het geval. En nu zou Duncan gerechtelijk vervolgd moeten worden?”

Hij zwijgt even. „Tragisch genoeg is Duncan inmiddels overleden. De prioriteit ligt nu bij de aanpak van het virus, en niet bij rechtszaken. Maar als ze zouden persisteren in wanbeleid, dan daag ik hen. Zeker.”

U maakte zelf zes jaar lang deel uit van de regering, van 2006 tot 2012.

„Als minister heb ik geprobeerd de infrastructuur en de werk­gelegenheid op poten te zetten. Ik stuitte daarbij op beperkingen in budget, we waren bijna volledig afhankelijk van instellingen als de Wereldbank en de Afrikaanse Ontwikkelingsbank. Ik ontmoette binnen de regering echter gebrek aan wil om daar verandering in te brengen en een krachtige staat op te bouwen. Daarom ben ik er uitgestapt.”

Wat is nu vooral nodig?

„Er is nu actie nodig, niet morgen, maar nu. Er is vooral een groot tekort aan gezondheidswerkers. Onder hen zijn ook veel slachtoffers gevallen.

Ik ben echter ook hoopvol, en dat zie ik ook terug bij de mensen in mijn land. De aanleiding is miserabel, maar er wordt inmiddels wel gewerkt aan de opbouw van de gezondheidszorg. Ik ben blij met steun vanuit het buitenland daarbij, waaronder vanuit Nederland. We zijn er nog lang niet, maar het begin is er en ik ben ervan overtuigd dat het gaat lukken. In die zin ontstaat er nog iets goeds uit deze ramp.”

Ziet u voor zichzelf nog een rol in de regering?

„Nu niet, maar het is altijd goed alle opties open te houden.”


Biografie Samuel Kofi Woods

Samuel Kofi Woods (50) is oud-minister van Liberia en mensenrechtenadvocaat. Hij heeft zich een leven lang ingezet voor de mensenrechten in zijn land, waardoor hij geregeld in de gevangenis belandde. Bovendien overleefde hij verschillende aanslagen.

In 1996 werd hem asiel verleend in Nederland, maar hij besloot na enkele jaren terug te keren naar zijn vaderland. Onder de in 2005 verkozen president Ellen Johnson Sirleaf diende hij zes jaar als minister: van 2006 tot 2009 op de post Werkgelegenheid, en van 2009 tot 2012 op Publieke Werken. Woods woont met zijn vrouw en drie kinderen in Monrovia. Voor zijn werk kreeg hij de Reebok Human Rights Award en de pauselijke Human Rights Medal.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer