In de centrumrechtse regering zitten de Vlaams nationalisten van N-VA, de Vlaamse christendemocraten (CD&V) en liberalen (Open VLD) en aan Franstalige zijde de liberale MR. Een Belgische regering telt evenveel Nederlands- als Franstalige ministers. Deze regering zal 14 ministers hebben inclusief de premier. Daarnaast komen er vier staatssecretarissen, maar dat worden allemaal Nederlandstaligen.

MR moet dus nog op zoek naar zes anderen. Eén daarvan is Didier Reynders. Hij komt zeer waarschijnlijk terug als minister van Buitenlandse Zaken.

De N-VA, de winnaar van de verkiezingen eind mei en de grootste partij van België, levert een vicepremier en twee ministers. Alle drie krijgen ze zware portefeuilles (Binnenlandse zaken, Financiën en Defensie). Kopstuk Bart De Wever blijft partijvoorzitter en burgemeester van Antwerpen. Ook heeft de N-VA twee staatssecretarissen.

De Vlaamse christendemocraten leveren een vicepremier, oud-premier van Vlaanderen Kris Peeters, één minister en een staatssecretaris. Peeters moest zijn ambitie om premier te worden opbergen nadat besloten was dat zijn partijgenoot Marianne Thyssen Europees Commissaris werd. Minister Koen Geens ruilt Financiën in voor Justitie. Opvallend is dat Pieter De Crem, de huidige minister van Defensie, nu genoegen moet nemen met een staatssecretarisschap.

De Vlaamse liberalen hebben ook één vicepremier en een minister. Dat zijn minister Alexander De Croo die een andere portefeuille krijgt en Maggie De Block, nu nog staatssecretaris. Open VLD heeft ook een staatssecretaris.

Opvallend is tot nu toe het laag aantal vrouwen in de nieuwe Belgische regering: één minister (van Open VLD) en één staatssecretaris (van N-VA).

Zaterdag om 10 uur legt de nieuwe ploeg de eed af bij koning Filip.