Buitenland

NAVO-chef Rasmussen omzeilde liefst de diplomaten

BRUSSEL. Voor vertrekkend NAVO-secretaris-generaal Rasmussen volgde de echte krachtmeting pas aan het einde. Toen hij in 2009 arriveerde, leek de operatie in Afghanistan moeite genoeg op te leveren. Maar begin dit jaar diende de crisis met Rusland zich aan.

25 September 2014 21:33Gewijzigd op 15 November 2020 13:10
Rasmussen (l.) met zijn opvolger Stoltenberg. EPA
Rasmussen (l.) met zijn opvolger Stoltenberg. EPA

Voor politici is het lastig dat de crisis met Moskou zich niet laat oplossen. Er lijkt voorlopig geen uitzicht op een ontknoping.

Rasmussen had zich dit bij zijn aantreden in Brussel anders voorgesteld. Hij hoopte dat de top in Lissabon in 2010 het gesprek tussen Rusland en het Westen weer op gang zou brengen.

Dit paste perfect in de „herstart” van Amerikaans-Russische betrekkingen die de nieuwe Amerikaanse president Obama had beloofd. Bovendien verwachtte de Deense NAVO-topman van de nieuwe Russische president, Medvedev, een betere samenwerking dan van diens voorgang Poetin. Zijn sympathie lag overigens bij de Amerikanen. De rechtse Deense oud-premier is een rasechte atlanticus.

De route die Rasmussen volgde, was slim. In Lissabon zouden de partijen niet zozeer uitspreken dat ze natuurlijk goede vrienden zouden zijn. In de praktijk blijken zulke liefdesbetuigingen immers van weinig waarde.

Rasmussen liet de NAVO en Rusland samen onderzoeken welke gezamenlijke bedreigingen ze hebben. Door het creëren van lotsverbondenheid hoopte hij de neuzen in dezelfde richting te krijgen. Uiteindelijk is dat echter jammerlijk mislukt.

Ook Rasmussens voorganger, de Nederlander Jaap de Hoop Scheffer, botste regelmatig met de Russen. Maar het verschil tussen Rasmussen en De Hoop Scheffer is dat de laatste een diplomaat is. Niet dat die niet zegt waar het op staat, maar hij blijft altijd beschaafd. Een diplomaat wil altijd de indruk wekken dat hij een vriend is.

Anders Fogh Rasmussen is totaal anders. Hij is geen diplomaat, maar politicus. Hij is geen vriend, maar houwdegen.

Ook binnen het bondgenootschap hebben ze dat verschil gemerkt. De Hoop Scheffer deed vooral zaken met de ambassa­deurs van de lidstaten op het NAVO-hoofdkwartier. Zo hoorde dat. En bovendien waren het zijn vakgenoten.

Rasmussen deed het anders. Een diplomaat op het NAVO-hoofdkwartier zei eens tegenover een krant dat Rasmussen zich „niets gelegen” liet liggen aan de ambassadeurs bij het bondgenootschap. Hij belde gewoon direct met de regeringsleiders an de lidstaten en kwam op die manier tot zaken. Dat waren zíjn vakgenoten.

Rasmussens methode was effectief. Een toezegging van een premier over bijvoorbeeld inzet van troepen heeft grotere kans om te worden nagekomen dan de belofte van een diplomaat. Ministers van Defensie en Buitenlandse Zaken komen immers eerder in actie als hun baas zich bij hen meldt dan de gezant uit Brussel.

De diplomaten hadden dus een beetje het nakijken. Maar tot gemopper leidde het nauwelijks. Ze zagen immers dat Rasmussen iets tot stand bracht.

Rasmussen was de eerste oud-premier die tot NAVO-topman opklom. Daarvoor waren het doorgaans oud-ministers.

Het geval wil dat ook de opvolger van Rasmussen een oud-premier is. De Noor Jens Stoltenberg treedt woensdag aan. Welke stijl hij heeft, is nog niet bekend.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer