Gedetineerde ontkent verklaring moordzaak
Een voormalige medegedetineerde van Olaf H. ontkent tegen een gevangenisbewaarder te hebben gezegd dat H. aan hem heeft bekend het echtpaar Jo en Ine Zwakhalen uit Sittard te hebben doodgeschoten.
De bewaarder uit de gevangenis in Roermond beweert dat de medegedetineerde M. P. eind september tegen hem zei dat H. de moord tegenover hem heeft toegegeven.
„Hij heeft nooit iets inhoudelijks over deze zaak aan mij verteld”, benadrukte P. dinsdag in de rechtbank in Maastricht, verwijzend naar H. „Ik heb het gevangenispersoneel nooit gezegd dat hij een bekentenis tegen mij heeft afgelegd. Hij heeft dat ook niet gedaan.”
De rechtbank in Maastricht behandelde dinsdag voor het eerst inhoudelijk de geruchtmakende moord op het echtpaar Jo en Ine Zwakhalen (beiden 59) uit Sittard. De moeder van Audrey en andere familieleden waren daarbij aanwezig. Het proces werd begin van de middag aangehouden tot 24 maart.
Het echtpaar werd op 12 juli vorig jaar in zijn woning door het hoofd geschoten. Hun 9-jarige kleinkind Audrey, dat op bezoek was, is in haar hoofd geraakt maar overleefde de moordaanslag. Het meisje heeft geen herinnering meer aan het misdrijf en kan daarom geen verklaring afleggen. Opgelopen hersenletsel is daarvan de oorzaak, liet het openbaar ministerie vrijdag al weten. Ine bezweek direct aan haar verwondingen, zo verklaarden de politiemannen die vorig jaar als eerste ter plaatse waren dinsdag. Haar man Jo overleed een dag later in het ziekenhuis.
Het OM denkt dat de 30-jarige Olaf H. de schutter was. De aanklager gaat ervan uit dat roof van een BMW het motief van vrachtwagenchauffeur H. is geweest. Hoewel Audrey de enige getuige is, meent justitie ook zonder haar verklaring voldoende bewijs te kunnen aandragen voor een veroordeling van H. Hij kan levenslang krijgen, de maximale straf.
Zijn advocaat, M. Stassen, heeft om een zogenoemde schouw gevraagd. De raadsman wil naar de plaats van het misdrijf omdat zijn cliënt ontkent. De verdachte mag dan uitleggen hoe hij zich na de schoten, die hij volgens eigen zeggen niet heeft afgevuurd, in de woning heeft verplaatst en zich uit de voeten heeft gemaakt. De schouw wordt op 30 januari gehouden.
H. geeft namelijk toe dat hij op het moment van de schietpartij in de woning dan wel de garage van het echtpaar Zwakhalen aanwezig was. Maar volgens hem heeft een tot dusver onbekend gebleven andere persoon de schoten gelost.
Uit de getuigenissen van de politiemensen bleek dinsdag dat zij er na een opmerking van een buurtbewoner ervan uitgingen dat de dader al weg was. De agenten vertelden dat ze op die mededeling zijn afgegaan en dit verder niet meer hebben gecontroleerd. Volgens Stassen is het dus niet zeker of er een andere persoon zich nog schuilhield en is ontkomen. „De officier van justitie meent dat dit onmogelijk was, maar vandaag is gebleken dat dit niet onmogelijk was”, meent de advocaat.
H. was bij de autohandelaar Zwakhalen om een BMW te kopen. Na de schietpartij vluchtte hij in deze auto. Twee getuigen hebben aangegeven dat ze H. na het misdrijf hebben zien wegrennen. Stassen benadrukt dat dit nog niet betekent dat hij heeft geschoten. Dat is niet gezien. Er is volgens hem dus nog geen direct bewijs tegen zijn cliënt.