Buitenland

Meerderheid Israëliërs wil Golan niet kwijt

Een meerderheid van de Israëliërs is ertegen om de Golanhoogvlakte aan Syrië terug te geven in ruil voor vrede.

AP
9 January 2004 22:12Gewijzigd op 14 November 2020 00:52

De kwestie is actueel geworden door een voorstel van de Syrische president, Bashar Assad, vorige maand in de New York Times, om de vredesonderhandelingen weer op te pakken waar ze in 2000 zijn blijven steken. Israël had toen aangeboden zo goed als de hele Golan aan Syrië terug te geven.

Volgens een peiling waarvan de uitslag vrijdag werd gepubliceerd door het dagblad Maariv, is 56 procent van de Israëliërs tegen teruggave van de Golan en 36 procent voor.

De Israëlische premier Ariel Sharon zegt dat Syrië eerst maar eens moet bewijzen dat zijn oproep tot vrede serieus is, door zijn steun aan terreurorganisaties te beëindigen. Volgens Israël steunt Syrië militante Palestijnse groepen en de Libanese Hezbollah-militie. Minister van Defensie Shaul Mofaz zei eerder deze week dat Syrië en Iran weer zijn begonnen wapens te leveren aan de Hezbollah.

Vrijdag zeiden Israëlische veiligheidsfunctionarissen dat Syrische vliegtuigen die hulpgoederen hebben gebracht aan de slachtoffers van de aardbeving in de Iraanse stad Bam, zijn teruggekeerd met Iraanse wapens aan boord voor de Hezbollah.

De krant Ha’aretz zei donderdag dat legerleider Moshe Yaalon en drie van zijn naaste medewerkers vinden dat Israël positief moet reageren op de oproep van Assad, ook al zou die vooral bedoeld zijn om uit te komen onder zware Amerikaanse druk. Vrijdag drong ook een minister uit Sharons eigen coalitie, Yosef Paritzky, er bij de premier op aan in te gaan op het voorstel van Assad. „Ik denk dat we moeten zeggen: „Laten we praten. Wat hebben we te verliezen?” zei Paritzky, die behoort tot de Shinui-partij.

Israël gaat maatregelen nemen om Palestijnse burgers te ontzien bij militaire controles in de Palestijnse gebieden, vanwege de precaire humanitaire situatie daar. Dat maakte de Israëlische onderminister van Defensie, Zeev Boim, vrijdag bekend. „Waar mogelijk zullen we proberen onderscheid te maken tussen de behandeling van de burgerbevolking en de oorlog tegen terreur”, zei Boim.

Het besluit om burgers meer te ontzien werd genomen op een spoedvergadering die minister van Defensie Shaul Mofaz, legerleider Moshe Yaalon en de hoofden van de politie en de veiligheidsdienst Shin Beth donderdag hielden over de levensomstandigheden op de Westoever en in de Gazastrook. De deelnemers constateerden dat gezondheidszorg en onderwijs de enige diensten zijn die nog functioneren bij de Palestijnen en dat op straat gewapende bendes de dienst uitmaken. De toestand grenst aan anarchie en chaos, zo werd gezegd.

Een van de maatregelen die de komende dagen worden doorgevoerd is het stationeren van minstens één officier en een Arabischsprekende soldaat bij de controleposten. Daarnaast krijgen de dienstdoende officieren bij de posten, waarvan er de afgelopen drie jaar tientallen zijn opgezet, meer bevoegdheid om Palestijnen door te laten. Verder worden de grensposten tussen de Palestijnse gebieden en Jordanië en Egypte langer opengesteld.

Eerder deze week bracht de Israëlische mensenrechtenorganisatie B’tselem een rapport uit waarin militairen die een controlepost bij Nablus op de Westoever bemannen werden beschuldigd van systematische mishandeling van Palestijnen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer