Analyse: Eerste kerk in het Iraakse Mosul brandt al
MOSUL. De tweede stad van Irak, het noordelijke Mosul, is dinsdag in handen gevallen van een aan al-Qaida gelieerde groep. De verwezenlijking van een shariastaat in Irak en Syrië komt steeds dichterbij.
Politiebureaus staan in brand, honderden gevangenen zijn vrijgelaten, brandende autowrakken blokkeren de wegen.
Het oude Mosul, ooit bekend als het grote Ninevé waar Jona als profeet de inwoners opriep tot bekering, is één chaos. Militairen en agenten zijn gevlucht en hebben de stad zonder noemenswaardige gevechten aan milities van ISIL overgelaten, de islamitische hardliners die een shariastaat willen creëren.
Dinsdagavond verscheen er op Twitter al een foto van een brandende Assyrische kerk in Mosul, verspreid door een Armeense christen. Zijn commentaar: „Dat heeft niet lang geduurd…”
Sowieso is de snelle opmars van ISIL verbazingwekkend. Woensdagmorgen werd bekend dat ISIL-strijders ook de centraal gelegen stad Baiji in Irak in handen hebben genomen; een belangrijke industriestad met een grote olieraffinaderij.
Overigens zijn christenen niet de eerste en ook niet de voornaamste slachtoffers van de val van Mosul; velen van hen zijn de stad de achterliggende jaren al ontvlucht. De eerste slachtoffers zijn de vele gematigde moslims in Mosul voor wie het vooruitzicht van een radicale shariastaat je reinste schrikbeeld is. Dat geldt speciaal voor de sjiitische moslims, die van het soennitische ISIL weinig goeds te verwachten hebben.
Wel zit de schrik er zeker ook bij christenen goed in. Direct ten noorden van Mosul ligt de vlakte van Ninevé, een vanouds in hoge mate christelijk gebied. Er zijn dorpen en steden als Baghdeda en Batnaya waar christenen het grootste deel van de bevolking vormen.
Deze christenen zijn al jaren bang voor radicale elementen uit Mosul. Bij een bezoek enkele jaren geleden vertelde een vrouw hoe haar man en zoon in de stad op klaarlichte dag vermoord werden vanwege het feit dat ze christen waren. De angst voor Mosul was bijna tastbaar.
Analisten in de wijde regio delen nu die angst, en dat is verklaarbaar: de val van de stad kan niet los worden gezien van de strijd van ISIL in Syrië. De naam ISIL staat voor Islamitische Staat in Irak en de Levant, waarbij met de Levant vooral Syrië en Libanon worden bedoeld. Die staat is sinds gisteren een stuk dichterbij gekomen. ISIL-jihadisten hebben nu steden in zowel het oosten van Syrië als het westen van Irak in handen.
Extra wrang is de constatering dat de Amerikanen in 2003 met de inval in Irak juist democratie wilden brengen. Elf jaar later kan de conclusie alleen maar zijn dat antidemocratische extremisten bij de grootste winnaars horen.