Net rond tweede man na Saddam sluit zich
Amerikaanse troepen in Irak hebben drie moslimmilitanten en een stamleider opgepakt die banden hebben met Izzat Ibrahim al-Duri, de tweede man van het voormalige Ba’ath-regime. Dat hebben de Amerikaanse strijdkrachten dinsdag in Baquba bekendgemaakt.
De Amerikanen gaan ervan uit dat de tweede man van het verdreven bewind een rol speelt bij het leiden van het verzet tegen de buitenlandse troepen in Irak. Zij hebben 10 miljoen dollar op het hoofd van de voormalige plaatsvervangend bevelhebber van het leger gezet.
Het gearresteerde drietal was actief in radicale organisaties die in contact staan met al-Duri, aldus luitenant-kolonel William Adamson. Ook waren er banden tussen de drie mannen en steden in Irak die bekendstaan als anti-Amerikaanse verzetshaarden, zoals Baquba en Falluja.
In Mosul arresteerden de Amerikanen samen met Irakezen een stamleider met nauwe banden met al-Duri. Zij hielden sjeik Ghazi Hanash, die aan het hoofd staat van de invloedrijke Tayy-stam, samen met zijn drie zonen aan na een vuurgevecht in zijn huis.
Bij de schietpartij kwam een lijfwacht van Hanash om het leven en raakte een dochter van hem gewond. De stamleider is volgens zijn familie een jeugdvriend van de voortvluchtige al-Duri. De Amerikaanse strijdkrachten konden de arrestatie van Hanash niet bevestigen.
Al-Duri is de nummer 6 op de lijst van 55 meest gezochte Irakezen. Na de aanhouding van oud-dictator Saddam Hussein is hij de hoogste voormalige functionaris die nog op vrije voeten is. Eind november waren zijn vrouw en dochter al gearresteerd in Samarra.
In de noordelijke stad Kirkuk pakten Amerikaanse militairen nog eens 36 mensen op. Sommigen van hen zouden achter aanslagen op de Amerikanen zitten, terwijl anderen banden zouden hebben met de radicale islamitische groep Ansar al-Islam. In en rond Kirkuk zijn geregeld aanslagen op olie-installaties en pijpleidingen.