Jaruzelski omarmde de vrijheid alsnog
WARSCHAU (ANP). Het beeld staat veel Polen in het geheugen gegrift. De partij- en regeringschef zit in generaalsuniform achter de tafel en benadrukt voor de camera de ernst van de situatie. Het is 13 december 1981 en Wojciech Jaruzelski kondigt de staat van beleg af. De eerste militaire junta in een communistisch land is een feit.
De staatsgreep, die een voorlopig einde maakte aan de hervormingsgolf, is altijd een beladen onderwerp in Polen gebleven. Voor veel Polen is Jaruzelski de belichaming van het communisme en de repressie die daarmee gepaard ging. Zelf zag hij zich als een patriot die de natie wilde behoeden voor een Sovjetinval en een bloedblad.
In 1980 kwam het in Polen tot een serie stakingen. Vooral die bij de Leninwerf in Gdansk trokken veel aandacht. Lech Wałęsa was leider van een landelijk stakingscomité, dat uiteindelijk door de regering werd erkend en verderging als vakbond Solidarność.
Toen Solidarność in december 1981 een landelijke staking afkondigde, greep Jaruzelski in. Op 13 december kondigde hij als voorzitter van de Militaire Raad voor de Bescherming van het Vaderland de staat van beleg af. Duizenden mensen, onder wie Wałęsa, werden gearresteerd. De staat van beleg duurde tot 22 juli 1983. 750.000 Polen, voornamelijk intellectuelen, ontvluchtten het land.
Velen waren dan ook verrast toen Jaruzelski eind 1988 een dialoog met de oppositie begon. Die rondetafelconferentie tussen de regering en het Burgercomité onder leiding van Wałęsa mondde in juni 1989 uit in een akkoord tot vreedzame overgang naar politieke democratie en vrijemarkteconomie.
Solidarność werd weer legaal en er werden verkiezingen gehouden. Jaruzelski was tot 1990 nog president en verliet de politiek. Wałęsa volgde hem op. Een proces tegen Jaruzelski waarin hij moest terechtstaan voor het neerslaan van een arbeidersopstand met tientallen doden op de Leninwerf in Gdansk in 1970, liep op niets uit.