„Er was weinig verschil van mening bij de vraag wat voor ons het belangrijkste verhaal van het afgelopen jaar is geweest. De unanieme beslissing ging naar de oorlog in Irak. Maar over de Man van het Jaar is lang gediscussieerd. President Bush en minister van Defensie Donald Rumsfeld waren kandidaten, maar zij vielen af vanwege het wanordelijke beleid in Irak na de val van dictator Saddam Hussein. Daarna viel de keuze op onze militairen die dagelijks hun leven wagen om het beleid van Washington ter plaats in daden om te zetten”, aldus Time-hoofdredacteur Jim Kelly.

De beslissing is overigens niet uniek. In 1950 koos Time ook de Amerikaanse militair, die toen in Zuid-Korea vocht om de invasie van Noord-Korea te stuiten. Er is overigens wel een belangrijk verschil in beide oorlogen. De Amerikanen vochten in 1950 in het kader van een internationale VN-troepenmacht, terwijl de oorlog in Irak niet de goedkeuring kreeg van de VN-Veiligheidsraad.

Op de voorpagina van het nieuwe nummer van Time staan drie militairen van een artillerie-eenheid van Amerika’s Eerste Pantserdivisie. De foto van het drietal werd genomen door Time-fotograaf James Nachtwey, die korte tijd later in Irak gewond raakte toen een handgranaat naar zijn auto werd gegooid.

In de aanloop naar de keuze van de Man van het Jaar werd onder meer minister Rumsfeld geïnterviewd door Time. De bewindsman suggereerde toen ongevraagd om de Amerikaanse militair tot Man van het Jaar uit te roepen. „Het was de eerste keer dat iemand die wij interviewden voor dit onderwerp niet zichzelf maar iemand anders voorstelde voor de titel”, aldus Jim Kelly.