Buitenland

Geen kind meer zijn na tyfoon Haiyan

Ze verloor haar vader en moeder door de tyfoon Haiyan, die een halfjaar geleden een spoor van vernielingen over de Filipijnen trok. Nu runt Eileen (16) het huishouden, samen met twee werkende zussen en drie broertjes. „Ik droom nog elke dag over mijn ouders.”

Mr. Richard Donk
7 May 2014 06:24Gewijzigd op 15 November 2020 10:32
DULAG. De broertjes Adonias gieten en sjouwen elke dag betonblokken. Sinds de orkaan Haiyan hun huis verwoestte kunnen ze niet meer naar school omdat zij voor inkomen moeten zorgen. Hun moeder kwam bij het natuurgeweld om het leven en hun vader tobt met z
DULAG. De broertjes Adonias gieten en sjouwen elke dag betonblokken. Sinds de orkaan Haiyan hun huis verwoestte kunnen ze niet meer naar school omdat zij voor inkomen moeten zorgen. Hun moeder kwam bij het natuurgeweld om het leven en hun vader tobt met z

Een dichte damp stijgt op van de rijstvelden rond het Filipijnse Dulag. Zware tropische regens hebben de bodem zompig gemaakt. Rond de huisjes op het platteland is de grond in een blubbermassa veranderd.

Daarom heeft Eileen vanaf de weg halve boomstammen naar haar huisje gelegd, zodat bezoekers met min of meer schone voeten haar woning kunnen bereiken. Een groepje kinderen deert de modder totaal niet. Zonder schoenen spelen zij vrolijk in de blubber.

Het huisje van Eileen –houten planken, afgedekt met een plastic zeil– staat er nog niet zo lang. Want de vorige woning werd een halfjaar geleden door de tyfoon Haiyan volledig met de grond gelijkgemaakt. De storm maakte een einde aan het leven van de ouders van de Filipijnse tiener.

Eileen herinnert zich de dramatische gebeurtenissen van 8 november nog levendig. „We zaten met zijn allen in huis toen de storm losbarstte. Mijn moeder bracht de kinderen naar een evacuatiecentrum in de buurt. Mijn vader bleef thuis omdat hij last van astma had. Mijn moeder voegde zich later weer bij hem. De wind werd echter steeds sterker, dus stuurden wij mijn broer van vijftien eropuit om mijn ouders op te halen. Juist toen hij thuis aankwam, viel er een boom op het huis. Mijn ouders stierven en mijn broer belandde in het ziekenhuis.”

Sindsdien runnen de kinderen het huishouden. Met hulp van vrienden en familie werd eerst het huis herbouwd. Arleen (19) en Iris (17) hadden het geluk dat ze een baan konden vinden. Zij brengen het geld binnen. Eileen zorgt voor haar drie jongere broers en doet het huishouden.

Hoe is het voor de 8-jarige Philepon om door zijn zus te worden opgevoed? Het Filipijnse jongetje kijkt verlegen naar de grond. Dan zegt hij zachtjes: „Ik ben blij dat ik nog een zus heb die voor me kan zorgen. Ik weet dat ze er altijd voor me zal zijn. En als zij trouwt zal mijn oom mijn vader worden.”

Of ze hun ouders missen? Philepon knikt met volle overtuiging. Eileen: „Ik droom nog elke dag over mijn ouders. In gedachten zie ik hen dan onder een boom staan en om hulp roepen.” Dan barst Eileen in snikken uit.

Over de toekomst durft de Filipijnse tiener nog niet na te denken, maar een grote wens heeft ze wel. „Ik hoop zo erg dat ik weer naar school terugkan. Alleen dan zal ik in staat zijn een fatsoenlijk leven voor mij en het gezin op te bouwen.”

Even verderop rookt Romeo Adonias een sigaret voor zijn houten huisje. Pal ernaast staat de ruïne van zijn verwoeste woning. Weliswaar opgetrokken uit beton en steen, maar dat bleek niet voldoende om de verwoestende kracht van tyfoon Haiyan te weerstaan. Romeo’s vrouw kwam bij de ramp om het leven.

Betonblokken sjouwen

Romeo werkte tot de tyfoon op een grote plantage, maar die werd door de storm volledig vernield. Inmiddels tobt hij ook met zijn gezondheid. Noodgedwongen moeten nu zijn twee zoons van 6 en 15 werken om rijst op de plank te brengen. De jongens werken op een fabriek waar ze betonblokken moeten gieten en sjouwen. En als ze thuiskomen moeten de beesten worden gevoerd en verzorgd.

„Het werk valt wel mee”, zegt Romeo junior berustend. „Veel van mijn vrienden hebben ook een baantje om hun ouders te ondersteunen. Maar toch zou ik het liefst weer naar school teruggaan. Ik wil later graag politieman worden en daar heb je nu eenmaal een opleiding voor nodig.”

Aan de tyfoon denkt de Filipijnse tiener liever niet meer terug. „Ik probeer de werkelijkheid te accepteren dat wij alles zijn kwijtgeraakt. Er is toch geen antwoord op de vraag waarom ons dit is overkomen. En ik ben in elk geval erg blij met het huis wat we nu hebben. Dat is vele malen beter dan het stuk zeildoek waar we eerder onder sliepen.”

Angst voor de wind heeft Romeo nog steeds. „Zodra het begint te regenen, ben ik bang dat er weer een tyfoon komt.” Eén ding staat voor de jongen vast. Bij een nieuwe tropische storm zal hij niet thuisblijven, maar naar een evacuatiecentrum gaan. „Dat had een halfjaar geleden volgens mij veel mensen van de dood kunnen redden.”

Dit het tweede deel in een serie artikelen over de wederopbouw in het rampgebied in de Filipijnen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer