De politie zei dat de rebellen in de duisternis waren ontsnapt. Zij hadden hun gijzelaars, zeven inwoners van Galatli en vier uit het dorpje Sjaoeri, waar zij eerder doorheen waren getrokken, verboden de autoriteiten te waarschuwen voor zonsopkomst.

Het leger en de politie zetten onmiddellijk een zoektocht naar de rebellen op touw. De operatie werd geleid door de minister van Binnenlandse Zaken van Dagestan en de commandant van de Russische strijdkrachten in de Noord-Kaukasus.

Bij hun inval in Dagestan vermoordden de rebellen negen Russische grenswachten die de binnengrens tussen Tsjetsjenië en Dagestan bewaakten. Volgens de autoriteiten splitsten de rebellen zich in minstens drie groepen op nadat zij door Sjaoeri waren gekomen.

De Russische minister van Defensie, Sergej Ivanov, zei dat Russische eenheden dinsdagochtend bij een vuurgevecht in de omgeving van Sjaoeri zes rebellen hadden gedood. Zeven gewapende mannen werden volgens een woordvoerder van de grenswacht gedood bij gevechten aan de grens tussen Dagestan en Georgië.

Wat de rebellen met de actie voorhadden, was onduidelijk. Militaire analisten zeiden tegen de BBC dat de Tsjetsjeense strijders mogelijk waren verdwaald in de besneeuwde bergen toen ze van Georgië op weg waren naar Tsjetsjenië of juist in de omgekeerde richting trokken.

In Dagestan werd gevreesd voor een herhaling van vroegere bloedige overvallen door Tsjetsjeense strijders. In januari 1996 gijzelden Tsjetsjeense strijders 3000 mensen in een ziekenhuis in de stad Kizljar. Uiteindelijk wisten zij met een honderdtal gijzelaars naar Tsjetsjenië terug te keren, terwijl het Russische leger toekeek. In Tsjetsjenië volgde een confrontatie met het leger die een week duurde en aan zeker 78 mensen het leven kostte. Het smadelijke voorval hielp mee om de Russen later dat jaar te doen besluiten hun nederlaag te erkennen en Tsjetsjenië te verlaten.

Nieuwe aanvallen van Tsjetsjeense rebellen op dorpen in het westen van Dagestan waren voor de Russische regering in 1999 mede aanleiding om de oorlog tegen de separatisten in Tsjetsjenië te hervatten.

Het roerige Tsjetsjenië bezorgt het Kremlin al jarenlang hoofdbrekens. De Russische president Poetin probeerde in 1999 als premier met een oorlog het gezag in de deelrepubliek te herstellen. Die oorlog is in een guerrillastrijd verzand.