Buitenland

Syrische oorlog maakt van Libanon een wespennest

BEIROET. De Libanese regering van premier Tammam Salem kreeg vorige week het vertrouwen van het parlement. Reden voor een zucht van verlichting in de gehele Arabische wereld.

Martin Janssen
31 March 2014 16:20Gewijzigd op 15 November 2020 09:44
ARSAL. Een gezinnetje loopt door een vluchtelingenkamp van Syriërs in de Libanese stad Arsal. beeld AFP
ARSAL. Een gezinnetje loopt door een vluchtelingenkamp van Syriërs in de Libanese stad Arsal. beeld AFP

Libanon had het precies een jaar zonder regering moeten stellen sinds de vorige regering van premier Najib Mikati in maart 2013 haar ontslag had ingediend. Libanon leek sindsdien op een schip zonder kapitein, juist op een moment dat het land steeds verder leek te worden meegesleurd in de verwoestende burgeroorlog in buurland Syrië.

Verschillende Arabische leiders hebben de nieuwe regering gefeliciteerd, onder wie de Jordaanse vorst Abdullah, die de Libanese politici ertoe opriep zich te distantiëren van het Syrische conflict „omdat geen land daardoor zozeer wordt bedreigd als Libanon.” Een aantal Libanese politici toonden zich echter uiterst pessimistisch en waarschuwde dat „Libanon aan de rand van de afgrond staat”, terwijl de nieuwe premier Salem bijna hulpeloos vroeg „van zijn regering geen wonderen te verwachten.”

Iedereen is doordrongen van de noodzaak om Libanon te isoleren van de Syrische burgeroorlog, maar velen vrezen dat het daarvoor al te laat is. Het Syrische leger is in het aangrenzende Qalamungebergte een beslissend offensief begonnen dat verreikende consequenties voor Libanon zal hebben. Op 16 maart veroverde het Syrische leger de stad Yabrud, waar de aan al-Qaida gelieerde Jabhat al-Nusrabeweging een islamitisch emiraat heeft uitgeroepen. Veel al-Qaidamilitanten vluchtten naar de nabijgelegen Libanese stad Arsal, waar sindsdien de situatie onbeheersbaar is geworden.

De stad Arsal vormt een soennitische enclave die ligt ingeklemd tussen de sjiitische steden Baalbek en Hermel, die allebei worden gedomineerd door Hezbollah. Het is een regio die decennialang door de Libanese politiek werd verwaarloosd en die tot de minst welvarende gebieden in Libanon behoort. Vóór de Syrische burgeroorlog telde Arsal 35.000 inwoners, maar de stad zucht momenteel onder de last van meer dan 100.000 Syrische vluchtelingen. De afgelopen week gingen in enkele sjiitische dorpen in de omgeving autobommen af. De inwoners van deze dorpen waren ervan overtuigd dat ze afkomstig waren uit het soennitische Arsal, waarop Hezbollah prompt alle toegangswegen naar Arsal afsloot. Er ontstond een kritieke situatie want hierdoor konden ook voedselleveranties Arsal niet meer bereiken. In de Libanese media verschenen berichten dat de bakkerijen in Arsal bijna door hun meelvoorraden waren. Het Libanese leger is momenteel bezig om op grote schaal versterkingen naar de regio te sturen.

Velen vrezen dat Arsal zich zal ontwikkelen tot een tweede Nahr al-Barad. Dat was een Palestijns vluchtelingenkamp in de buurt van de Libanese stad Tripoli dat in 2007 een bolwerk van islamitisch radicalisme bleek te zijn. De autoriteiten waren hiervan op de hoogte maar namen geen maatregelen. Mei 2007 brak er een complete burgeroorlog uit tussen radicale milities in Nahr al-Barad en de Libanese staat die 168 Libanese soldaten het leven kostte.

Er zijn geen exacte cijfers bekend over hoeveel Al-Qaidastrijders de afgelopen weken vanuit Syrië naar de Libanese stad Arsal zijn gevlucht. De schattingen lopen uiteen van enkele honderden tot vele duizenden. Deze islamitische radicalen hebben wraak gezworen aan de sjiitische Hezbollah, die in Syrië aan de zijde van het Syrische leger vecht.

Libanese deskundigen houden rekening met enkele mogelijke scenario’s. In het zuiden van Libanon zijn duizenden veelal Europese Unifilsoldaten gestationeerd die het doelwit zouden kunnen worden van zelfmoordaanslagen. Een andere mogelijkheid is dat militanten van al-Qaida zullen proberen vanuit het zuiden van Libanon in Israël te infiltreren. Op 14 maart eiste al-Qaida de verantwoordelijkheid op voor een aanslag op Israëlische soldaten aan de Libanees-Israëlische grens. De bedoeling hiervan lijkt te zijn om net als in 2006 een oorlog tussen Israël en Libanon uit te lokken.

Ook de Libanese havenplaats Tripoli bevindt zich in de greep van een cyclus van aanhoudend geweld, waarbij alleen al de afgelopen week ruim dertig doden vielen. Het verontrustendst in Tripoli is het feit dat gewapende radicalen het hier op het Libanese leger hebben voorzien.

Het leger vormt in Libanon de enige instantie die door alle Libanezen, ongeacht religieuze achtergrond, werd gerespecteerd. Radicale soennieten beschuldigen het Libanese leger er nu echter van samen te werken met de sjiitische Hezbollah en hebben het leger de oorlog verklaard. Ze riepen soennitische soldaten ertoe op te deserteren en –net als in Syrië– een eigen Vrij Libanees Leger op te richten.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer