In november verschijnen 4 titels: Keefman, Ik had een strohoed en een wandelstok, Lunchpauzegedichten en een keuze uit zijn poëzie. Daarnaast verschijnt ook een gereviseerde editie van de biografie Angst voor de winter van Nico Keuning uit 2003.

Jan Arends schreef een klein oeuvre, dat bestaat uit proza en poëzie. Hij leed voor een groot deel van zijn leven aan ernstige depressies. Hij schreef hierover in de verhalenbundel Keefman (1972). Op de dag dat zijn bundel Lunchpauzegedichten in 1974 verscheen, pleegde hij zelfmoord door uit het raam te springen van zijn kamer aan het Roelof Hartplein in Amsterdam.

Wanneer Arends niet in psychiatrische inrichtingen verbleef, werkte hij afwisselend als schrijver, copywriter voor reclamebureaus en als huisknecht bij oudere dames.

In zijn werken combineert hij volgens kenners een verstikkende desolate sfeer met unieke geestigheid. In autobiografische stukken doet Arends verslag van zijn jeugd en het katholieke jongensinternaat, waar hij vanaf zijn 13e jaar verbleef.