Volgens inwoners van de stad en volgens de politie vielen de doden bij gevechten tussen vredestroepen van de Verenigde Naties en voormalige regeringssoldaten.

De VN zeiden niets te weten van betrokkenheid van vredessoldaten bij het geweld. Wel zei een VN-commandant dat een vredessoldaat in zijn been werd geschoten toen hij en zijn collega’s een arrestatie probeerden te verrichten, maar de VN wilden niet bevestigen dat de vredestroepen zelf bij het geweld betrokken zijn.

Soldaten die dienden onder Charles Taylor, die in augustus werd gedwongen af te treden als president, houden al sinds maandag huis in de straten van Liberia. Ze eisen geld voor de wapens die ze moeten inleveren op grond van een ontwapeningsprogramma van de VN, met de uitvoering waarvan zondag een begin is gemaakt. Onder de doden zouden zich acht leden van een aan de regering gelieerde militie bevinden, die een avondklok hadden genegeerd dat was ingesteld om de plunderingen door ex-soldaten tegen te gaan. Het negende slachtoffer was een vrouw die dinsdag werd getroffen door verdwaalde kogels. In Monrovia waren woensdag veel VN-soldaten op straat en de scholen waren gesloten.

Het hoofd van de in oktober aangetreden interim-regering, Gyude Bryant, zei dinsdagavond voor de radio dat de plunderende ex-soldaten zullen worden opgepakt en voor een tribunaal voor oorlogsmisdaden gebracht zullen worden. VN-gezant Jacques Klein zei dat de ontwapening wordt voortgezet. Het is de bedoeling dat de komende negen maanden 40.000 rebellen en soldaten van Taylor hun wapens inleveren.

Een week na het gedwongen vertrek van Taylor sloot de Liberiaanse regering een vredesakkoord met de rebellenbewegingen LURD en Model. Met dat akkoord kwam er officieel een eind aan de burgeroorlog die Taylor in 1989 als rebellenleider was begonnen. Kort voordat het akkoord werd gesloten, kwam er een West-Afrikaanse vredesmacht naar Liberia. In oktober kregen de VN de leiding over de vredesmacht.