Joegoslavië-Tribunaal spreekt zichzelf tegen
DEN HAAG (ANP). Vorig jaar leek het nog heel moeilijk te worden iemand te veroordelen die bij oorlogsmisdaden in een ander land heeft geholpen, door een omstreden uitspraak van het Joegoslavië-Tribunaal. Volgens menig waarnemer zouden Amerikaanse generaals erover juichen. Nu blijken andere beroepsrechters van het VN-hof in Den Haag precies de tegenovergestelde mening te hebben.
In 2013 werd de voormalige Joegoslavische legerleider Momcilo Perisic, die eerder 27 jaar had gekregen, in hoger beroep verrassend vrijgesproken. Hij had wapens geleverd en personeel ter beschikking gesteld aan de Bosnisch-Servische legerleider Ratko Mladic. Die pleegde daarmee oorlogsmisdaden, zoals bij de belegering van Sarajevo en de genocide na de val van Srebrenica. Maar de hulp van Perisic was niet „specifiek gericht” op het plegen van oorlogsmisdaden, maar slechts algemene steun bij een oorlogsinspanning, en dat is niet strafbaar, meenden de beroepsrechters toen.
Daarop lekte een brief uit van een andere rechter van het tribunaal, Frederik Harhoff. De Deen suggereerde dat president Theodor Meron van het VN-hof druk uitoefende om zo te vonnissen, in het belang van de VS. De jurisprudentie zou zo worden bijgestuurd om het moeilijker te maken mensen te straffen die wapens leveren aan andere landen waar dan vervolgens oorlogsmisdaden mee worden gepleegd. De jurisprudentie van het Joegoslavië-Tribunaal kan namelijk bij eventuele toekomstige zaken tegen Amerikaanse militairen en politici worden aangehaald bij het eveneens in Den Haag gevestigde Internationaal Strafhof (ICC).
In andere samenstelling - zonder de Amerikaan Meron - besliste de Kamer van Beroep donderdag het tegendeel van de Perisic-jurisprrudentie. Oud-commandant Lazarevic had in hoger beroep om vrijspraak gevraagd omdat zijn steun en hulp niet „specifiek gericht” was op het plegen van misdaden in Kosovo door anderen. Maar de beroepsrechters in de zijn zaak vonden deze vereiste niet nodig voor een veroordeling. De benadering van hun collega’s in het Perisic-vonnis is volgens hen „in een direct conflict” met het internationale recht.