De groei was daarmee beperkter dan in de voorgaande jaren. In 2012 werd Europa’s grootste economie 0,7 procent groter, terwijl in 2011 nog een groei van 3,3 procent werd gerealiseerd. De terugval werd vooral toegeschreven aan de economische problemen in andere landen. Die deden de aanhoudend goede ontwikkeling van de binnenlandse vraag teniet.

De uitgaven van Duitse consumenten namen vorig jaar met 0,9 procent toe. De groei van de export bleef beperkt tot 0,6 procent, terwijl de import met 1,3 procent steeg. Doordat de import sterker groeide dan de export, drukte de internationale handel de economische groei per saldo met 0,3 procentpunt.

Ook de investeringen zetten een rem op de groei. Bedrijven en de overheid investeerden samen ruim 2 procent minder in machines en voertuigen dan in 2012, terwijl de investeringen in de bouw met 0,3 procent afnamen. Het overheidstekort van Duitsland bleef vorig jaar beperkt tot 0,1 procent van het bruto binnenlands product (bbp).

De gemelde groei van 0,4 procent houdt geen rekening met verschillen in werkdagen tussen 2013 en 2012. Als daarvoor wordt gecorrigeerd bedroeg de groei 0,5 procent, na 0,9 procent in 2012.

Bij de eerste schatting gaf het statistiekbureau nog geen raming voor de groei in het vierde kwartaal. Econoom Carsten Brzeski van ING schat dat die is uitgekomen op 0,2 à 0,3 procent. Ondanks de beperkte groei was 2013 volgens hem een goed jaar voor de Duitse economie. „De werkloosheid bleef laag, de werkgelegenheid groeide tot recordniveau, de consumptie bleef stijgen en zelfs de investeringen toonden de eerste tekenen van leven”, somde hij op.

Brzeski verwacht dat de Duitse economie dit jaar verder verbetert. „Met de verbeterde vooruitzichten voor de wereldeconomie, gevulde orderboeken, lage voorraden en een stabiele arbeidsmarkt zijn alle ingrediënten voor opnieuw een sterke prestatie aanwezig”, stelde hij.