„Vroeger trof je de piano alleen aan bij een bepaald publiek. In onze tijd kom je de piano echter overal tegen. Ook in onze gezinnen is dat in toenemende mate het geval”, zegt Roeland de Reuver in een interview met het familieblad GezinsGids.

De Reuver (1974) uit Capelle aan den IJssel studeerde hoofdvak orgel en bijvak piano aan het Utrechts Conservatorium bij Bernard Winsemius, Reitze Smits en Jan Raas. Hij is organist van de Elimkerk van de Gereformeerde Gemeenten in zijn woonplaats en is parttime als muziekdocent verbonden aan het Wartburgcollege, locatie Marnix te Dordrecht.

Er zijn nog steeds mensen die bezwaren hebben tegen het gebruik van de piano, weet De Reuver. „Ze vinden het een werelds of lichtvoetig instrument.” Ook bij het gebruik van blaas- of snaarinstrumenten bij een zanguitvoering in een kerkgebouw komt hij die gevoeligheid tegen. De musicus wil iedereen in z’n waarde laten –„eenieder is ook wat dit betreft in zijn eigen gemoed ten volle verzekerd”– maar wil zelf het predicaat werelds of lichtvoetig „beslist niet” op de piano plakken.

Hij ziet om zich heen de visie op de piano veranderen. „De bezwaren ten opzichte van het gebruik van de piano verwateren steeds meer. Persoonlijk ben ik daar wel blij mee, want vooral bij koorrepetities maak ik graag gebruik van de piano. Tijdens het repeteren geeft het veel meer steun dan een orgel.”

Niet alleen als begeleidingsinstrument, maar ook als solo-instrument neemt het gebruik van de piano toe, constateert De Reuver. Hij ziet dat onder andere aan zijn eigen lespraktijk. „Tot voor enkele jaren was het aantal orgelleerlingen duidelijk in de meerderheid. Momenteel is de verhouding van mijn orgel- en pianoleerlingen fiftyfifty.”

Als componist schreef De Reuver een groot aantal composities voor piano. Zo kwamen bij uitgeverij Den Hertog onder de titel ”Tot Uw dienst…” vier bundels met eenvoudige bewerkingen over psalmen en gezangen voor piano uit.