Hoofdpunten uit het alternatieve vredesakkoord
Hieronder de hoofdpunten van het alternatieve vredesakkoord -bekend als het Akkoord van Genève- waarover Israëlische en Palestijnse onderhandelaars het eens zijn geworden.
GRONDGEBIED - Israël trekt zich terug uit 98 procent van de bezette gebieden in de Gazastrook en op de Westelijke Jordaanoever. Als compensatie voor het verlies van 2 procent van het Palestijnse grondgebied staat Israël een deel van de Negev-woestijn af aan de Palestijnen.
NEDERZETTINGEN - Een klein aantal Joodse nederzettingen op de Westoever zal bij Israël gevoegd worden, waaronder Maale Adumim, Givat Zeev en Alfei Menashe. Ariel, de op een na grootste nederzetting op de Westoever, en alle nederzettingen in de Gazastrook worden ontruimd.
JERUZALEM - De stad wordt verdeeld in een Palestijns en een Israëlisch deel. Door de stad komt een deel van de grens tussen Israël en het toekomstige Palestina te liggen. De Oude Stad wordt eveneens verdeeld, waarbij Israël de zeggenschap krijgt over de Joodse wijk en de Joodse heiligdommen. De Palestijnen krijgen in het plan de zeggenschap over de rest van het ommuurde stadsdeel.
VLUCHTELINGEN - De 4 miljoen vluchtelingen en hun nabestaanden krijgen een beperkt recht van terugkeer. Ze mogen zelf aangeven of ze in de nieuwe Palestijnse staat willen wonen of terug willen keren naar Israël, dat echter het recht heeft om een grens te stellen aan het aantal Palestijnen dat wordt toegelaten. De Palestijnen laten de eis vallen dat alle vluchtelingen een recht van terugkeer hebben naar Israël.
VEILIGHEID - Beide partijen moeten zich inspannen om terreuraanslagen te voorkomen en moeten optreden tegen groeperingen die het geweld willen voortzetten. Alleen de leden van politie en veiligheidsdiensten mogen wapens dragen. Burgers hebben niet langer het recht bewapend te zijn. Palestina krijgt geen eigen leger. Een internationale vredesmacht gaat toezien op de handhaving van het vredesakkoord.