Dat blijkt uit een rondgang langs enkele gemeenten waar Vitens de enige waterleverancier is.

Gemeenten bezitten, samen met provincies, alle aandelen van Vitens en hebben daarmee een rechtsbasis om het bedrijf aan te spreken op het handelen.

Het bedrijf kwam deze week onder vuur te liggen omdat het de samenwerking met het Israëlische waterbedrijf Mekorot heeft verbroken, ondanks dat het ministerie Vitens liet weten geen bezwaren te zien. Tegelijk nam Vitens wel deel aan een handelsmissie in de Palestijnse gebieden.

„We gaan kijken of we Vitens hier een brief over kunnen sturen. De ophef hierover is zeer terecht”, zegt CU-fractievoorzitter A. Woord van Urk, waar de ChristenUnie de grootste partij is. „Feitelijk maakt Vitens een politiek statement en ik ga kijken in hoeverre we daar invloed op kunnen hebben. We willen gewoon schoon drinkwater; ik vind dat Vitens zich sowieso niet bezig moet houden met politieke kwesties.”

Ook in andere gemeenten waar de confessionele partijen een stevige basis hebben, wordt kritisch gereageerd. „Dit gaat ons de komende tijd wel bezighouden”, zegt fractievoorzitter K. Slager van de grootste partij in Staphorst, de SGP. „We houden de vinger nauwlettend aan de pols.”

Mogelijk vraagt de SGP het college een kritische brief te sturen aan het waterleidingbedrijf. Veel andere mogelijkheden ziet hij niet. „Vitens heeft nu eenmaal het monopolie.”

De fractievoorzitter van de grootste partij in Renswoude, CDA-raadslid A. Schimmel, gaat volgende week mogelijk vragen stellen over de kwestie. „Dit moeten we kritisch volgen. Het dossier Israël is een gevoelig dossier.”

Ook in de Provinciale Staten leven er vragen over het beleid van Vitens. Fractievoorzitter Klein van de SGP in Gelderland suggereerde donderdag op Twitter al dat de aandeelhouders van Vitens hun verantwoordelijkheid zouden moeten nemen ten aanzien van de „anti-Israëlhouding” van het bedrijf.