De Unie steggelt al jarenlang over wetgeving op dit terrein. In 2001 zag Bolkestein zijn plannen sneuvelen in het Europees Parlement, door een meerderheid van één stem. Zijn hernieuwde pogingen daarna om toch regels tot stand te brengen, kunnen nu eveneens als mislukt beschouwd worden.

Bij veel beursgenoteerde ondernemingen is het management gerechtigd zich met behulp van allerlei constructies, zoals het plaatsen van aandelen bij een bevriende stichting, te beschermen tegen een ongewenste overname. Bolkestein wil, om de economische dynamiek te bevorderen, dat veranderen. Het zou betekenen dat de aandeelhouders meer macht krijgen bij een overval door een concurrent.

Binnen de EU voelt met name Duitsland niets voor de beoogde wijzigingen. De regering in Berlijn vreest een uitverkoop van de nationale industrie aan buitenlandse concerns als de mogelijkheid om een verdedigingswal op te trekken, vervalt. Zij is vooral bang dat de grote autofabrikanten in vreemde handen terechtkomen.

Bolkestein dreigde zijn volledig uitgeklede voorstel terug te nemen, maar de ministers maakten gebruik van de bepaling dat dit niet kan als zij zich unaniem opstellen. De Nederlandse EU-bestuurder kondigde aan dat hij Duitsland nu wellicht voor het Hof van Justitie zal dagen omdat het zijn bedrijfsleven te veel afschermt.

Minister Brinkhorst (Economische Zaken) is blij, zo verklaarde hij na afloop van het beraad met zijn collega’s, dat er in ieder geval een begin ligt voor regelgeving. Inhoudelijk stelt het weinig voor. Bolkestein acht het zelfs denkbaar dat er nieuwe barrières tegen grensoverschrijdende overnames worden opgeworpen. De bewindspersonen spraken af dat zij over vijf jaar de zaak zullen heroverwegen.