Heroïne wordt officieel medicijn
Heroïne wordt waarschijnlijk binnenkort een officieel medicijn voor een beperkte groep zwaarverslaafden die geen baat meer hebben bij behandeling met methadon. Minister Hoogervorst (Volksgezondheid) zal dat vrijdag voorstellen in de ministerraad, bevestigen bronnen rond het kabinet.
Onduidelijk is nog of het kabinet instemt met een uitbreiding van de huidige heroïneverstrekking naar andere steden dan Rotterdam, Amsterdam, Den Haag, Utrecht, Heerlen en Groningen. Gebrek aan geld is het grootste probleem bij uitbreiding naar steden als Eindhoven, Enschede, Apeldoorn, Zwolle en Haarlem.
Officiële registratie van heroïne als medicijn is nodig om de experimentele verstrekking aan een groep verslaafden om te zetten in reguliere zorg. Anders ontstaat er een conflict met de Opiumwet.
Een commissie onder leiding van de Groningse wethouder R. Paas (CDA) adviseerde eerder dit jaar onder meer de heroïneverstrekking in te passen in de reguliere verslavingszorg. Hoogervorst wil dat deel van het advies overnemen.
Maar het is niet waarschijnlijk dat het kabinet het advies van de commissie opvolgt om in totaal vijftien centra in te richten waar naar verwachting 1600 patiënten terechtkunnen. De behandelcentra, die op jaarbasis 15 miljoen euro kosten, moeten volgens de commissie worden bekostigd uit de Algemene wet bijzondere ziektekosten (AWBZ). Hoogervorst zou het bij verstrekking aan enige honderden verslaafden willen houden.
Verslaafden die in aanmerking komen voor gratis heroïne zijn ouder dan 25, hebben een slechte conditie, langer dan vijf jaar verslaafd en hebben geen baat meer bij methadonbehandeling.
In Amsterdam wordt momenteel aan ongeveer zeventig verslaafden onder begeleiding heroïne verstrekt, terwijl een paar honderd junks in de hoofdstad voor het experiment in aanmerking komen. Burgemeester Cohen (PvdA) zou het heel jammer vinden als dit praktische instrument „om politieke redenen blijft liggen", aldus zijn woordvoerster. „Vooral omdat het goeie resultaten oplevert en andere burgers er geen last van hebben."
Volgens Cohen gaat het om een moeilijke, maar afgebakende groep, die niet groter wordt. Deze mensen zijn al tientallen jaren verslaafd en kicken niet meer af, maar zijn met heroïneverstrekking in bedwang te houden.
Burgemeester Deetman (CDA) van Den Haag liet zich al eerder kritisch uit over de houding van het kabinet ten opzichte van de heroïneverstrekking. Deetman, die ook voorzitter is van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), verwijt het kabinet kortzichtigheid.
Deetman stelt dat het heroïne–experiment naadloos past in een van de belangrijkste doelstellingen van het kabinet: het verbeteren van de veiligheid. De verslaafden hoeven immers niet meer uit stelen te gaan om in hun behoefte te voorzien. Dat scheelt de maatschappij een hoop geld, stelt hij, onder meer doordat politie en justitie zich er niet meer mee hoeven bemoeien. Volgens Deetman becijferde de onderzoekscommissie dat de samenleving 17 tot 20 miljoen euro minder kwijt is doordat de criminaliteit onder zwaarverslaafden afneemt.
De woordvoerder van burgemeester Opstelten van Rotterdam stelt dat het experiment tot nog toe uit het oogpunt van volksgezondheid zijn waarde heeft bewezen. „Rotterdam heeft altijd gepleit voor continuering van het experiment. Alles wat er bij komt is mooi meegenomen."