Palestijn gedood bij helikopteraanval
Het Israëlische leger heeft donderdagavond bij een helikopteraanval in de Gazastrook een lid van de radicale Hamas-beweging gedood.
Volgens Israël kwam Adli Hamdan om het leven toen zijn auto in het kamp Khan Younis met raketten onder vuur werd genomen. Twee andere inzittenden raakten gewond. Palestijnse zegslieden verklaarden echter dat niet Adli Hamdan -volgens Israël de commandant van Hamas in Khan Younis en als zodanig verantwoordelijk voor talloze aanslagen- werd gedood, maar diens neef, Bakr Hamdan (28). Tientallen inwoners droegen zijn stoffelijk overschot door de straten van Khan Younis en zworen wraak.
Op ongeveer hetzelfde tijdstip schoten Israëlische soldaten twee Palestijnen dood die een Joodse nederzetting in de Gazastrook probeerden binnen te dringen, zo werd gezegd voor de Israëlische radio. Het leger meldde dat soldaten het vuur hadden geopend op een bende gewapende terroristen die een nederzetting wilde aanvallen.
Eerder donderdag werden in Gaza de zwaar verminkte lijken van twee Palestijnen aangetroffen die volgens het militante Volksfront voor de Bevrijding van Palestina (PFLP) waren omgekomen bij een „heldhaftige martelarenoperatie.” Volgens de Israëlische radio waren de twee vermoedelijk van plan geweest een zelfmoordbomaanslag te plegen in een nabijgelegen Joodse nederzetting, maar waren de explosieven te vroeg afgegaan.
In de Westoever-stad Ramallah, waar de Palestijnse leider Yasser Arafat al twee maanden in zijn hoofdkantoor opgesloten zit en tegen Israëlische tanks aan moet kijken, kwam een Palestijnse inlichtingenofficier bij een treffen met Israëlische militairen om het leven.
Hamas-leider Moussa Abu Marzook zegt dat zijn beweging bezig is een raket te ontwikkelen die Israëlische steden kan bereiken. De raket krijgt een bereik van 10 kilometer en kan vanaf de Westoever Joodse wijken van Jeruzalem treffen, zegt Abu Marzook in een op een later tijdstip uit te zenden interview met de Amerikaanse zender CBS. Bronnen bij het Israëlische leger zeiden dat Israël zich ervan bewust is dat militante groepen proberen wapens te ontwikkelen die vanuit de Palestijnse gebieden Israël kunnen treffen.
Het Witte Huis in Washington deelde donderdag mee dat president George Bush „begrip” heeft voor het Israëlische optreden tegen Arafat en dat het aan Arafat is „om zijn leiderschap te tonen bij het bestrijden van terrorisme.”
Het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken zei dat er geen plannen zijn om de Amerikaanse gezant Anthony Zinni weer op pad te sturen, zoals Arafat had gevraagd. Zinni is er tijdens twee eerdere bezoeken in de afgelopen twee maanden niet in geslaagd een bestand tussen Israël en de Palestijnen te bewerkstelligen.
De Israëlische premier Ariel Sharon gaat weer naar Washington, waar hij 7 februari een ontmoeting heeft met Bush. Het wordt voor Sharon al de vierde ontmoeting met Bush, die Arafat nog moet uitnodigen.
De Palestijnse Omroep Organisatie (PBC) eist meer dan 10 miljoen dollar (ruim 11 miljoen euro) schadevergoeding van Israël wegens het vernielen van het hoofdkwartier van de omroep afgelopen week. Dat maakte de PBC donderdag bekend. De PBC wil gerechtelijke stappen ondernemen tegen Israël.
Een Israëlische en een Palestijnse mensenrechtengroep zijn donderdag naar het Israëlische hooggerechtshof gestapt om een verbod te vragen op het liquideren van verdachte Palestijnen. In een gezamenlijke verklaring zeggen de Israëlische Openbare Commissie tegen Marteling en de Palestijnse organisatie Wet dat Israël tussen het begin van de nieuwe intifada in september 2000 en eind december 2001 21 liquidaties heeft toegegeven. Volgens de Palestijnen zijn er in die periode echter 51 liquidaties uitgevoerd.