Volgens de beide mensenrechtenorganisaties vormen kinderen de helft van alle vluchtelingen uit Syrië. Ongeveer 740.000 van hen zijn jonger dan 11 jaar. De meeste jongeren die Syrië ontvluchten, komen terecht in Libanon, Jordanië, Turkije, Irak en Egypte.

De gevluchte kinderen uit Syrië worden vaak slachtoffer van kinderarbeid, kindhuwelijken, seksuele uitbuiting en mensenhandel. Veel kinderen lijden daardoor onder fysieke onrust, angst, stress en trauma’s. Meer dan 3500 kinderen zijn zonder begeleiding gescheiden van hun familie de grens overgegaan.

„De internationale gemeenschap heeft gefaald in haar verantwoordelijkheid”, vindt Anthony Lake, directeur van Unicef International. „We moeten daarbij stilstaan en ons afvragen hoe, in eer en geweten, we kunnen doorgaan met het in de steek laten van de Syrische kinderen”. Unicef en Unhcr roepen de betrokken partijen onder meer op om het rekruteren van kinderen te staken.

Met steun van Unicef konden zo’n 1,3 miljoen kinderen ingeënt worden tegen de mazelen. Unhcr registreerde alle gevluchte kinderen om hun een identiteit te geven en helpt vluchtelingen aan veilige schuilplaatsen.

Volgens het bureau van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten zijn er ongeveer 7000 kinderen door de oorlog in Syrië gedood. Unicef en Unhcr schatten dat er meer dan 2 miljoen dakloze kinderen in Syrië zijn.