Schuurmans bekogelden elkaar met tomaten
NIEUW-BUINEN. In het Drentse dorp Nieuw-Buinen moest hij meehelpen in de kruidenierszaak van zijn vader, kreeg hij gedegen onderwijs in de Schriften en bekogelde de jeugd elkaar met rotte tomaten. Terug naar de geboortegrond van prof. dr. ir. Egbert Schuurman, voormalig senator van de ChristenUnie.
„Vergane glorie”, zegt Schuurman (76), terwijl hij rond zijn geboortehuis aan het Noorderdiep in Nieuw-Buinen loopt. De woning staat te koop en is onbewoond. Her en der schiet onkruid omhoog. „Het voelt als een vreemde wereld”, zegt de christenfilosoof, nu woonachtig in Breukelen. Schuurman bracht zijn jeugd door in Nieuw-Buinen. Het gezin telde drie zonen en vier dochters. Vader was kruidenier-drogist. Naast de familie woonden twee ooms –een gisthandelaar, de ander eigenaar van een bloemisterij– met hun gezinnen. „In totaal woonden in drie huizen dertig neven en nichten Schuurman. Ik kijk met dankbaarheid terug op de saamhorigheid en de eensgezindheid uit die tijd. We speelden verstoppertje, schoten met katapulten, bekogelden elkaar met rotte tomaten.” Sommige gebeurtenissen staan in zijn geheugen gegrift. „Een nichtje overleed op tweeënhalfjarige leeftijd aan een longziekte. Ik herinner me dat er stalen zuurstofcilinders voor haar nodig waren.”
Achter de woning wijst hij op betonplaten. „Hier had ik vroeger mijn eigen tuin. Ik was van jongs af gebiologeerd door alles wat groeit. Ik kweekte hier onder meer zonnebloemen, goudsbloemen, petunia’s, begonia’s en fuchsia’s.” Aan de voorkant van de woning tikt hij op het raam. „Achter dit raam, in het toenmalige kantoortje van vaders drogisterij, heb ik ”De maatschappij der toekomst” van prof. dr. ir. H. van Riessen gelezen. Mijn eerste kennismaking met de reformatorische filosofie.”
Egbert Schuurman hielp vader mee. „Koekjes afwegen, kleine spulletjes inpakken, suiker in zakken doen. Ik moest met de fiets boodschappen rondbrengen. Wat had ik daar een hekel aan. Klanten konden vreselijk zeuren. Ik weet nog dat ik eens boodschappen bij een mevrouw afleverde. Ze miste een rol King. Die moest ik van mijn vader alsnog brengen. Hij was een trouw man, die groot respect genoot. Maar wat was ik boos.”
In Schuurmans jonge jaren ging het er in Nieuw-Buinen heel anders aan toe dan nu. „De bakker en de groenteman kwamen met paard en wagen langs. De petroleumman liet zijn wagen trekken door vier honden. We hadden geen waterleiding. Als het regenwater in de putten op was, kwam iemand met een watertank langs. Zaterdags werden we gewassen in een tobbe.”
Vader Schuurman had in 1938 centrale verwarming en hij was een van de eersten die de beschikking kregen over een telefoon. „Mensen uit de buurt konden voor een dubbeltje bij ons de telefoon gebruiken. Een auto heeft hij nooit gehad. Wat is er in mijn leven veel veranderd door de techniek. Daar denken we nog steeds te weinig over na.”
Egbert Schuurman bezocht de christelijke lagere school in Nieuw-Buinen. Hij herinnert zich nog goed hoe in de Tweede Wereldoorlog de Duitsers onderwijzend personeel van diverse scholen in het dorp afhaalden. „Dat maakte diepe indruk. Die personeelsleden zaten in het verzet. Wij raakten mijn klassenjuffrouw Wind een paar jaar kwijt. Een leraar van een andere school, meester Plomp, kwam nooit terug. Hij is vermoord.”
Schuurman rijdt naar het voormalige gereformeerde kerkje. „Daar ben ik gedoopt.” Het pand is niet meer in gebruik als kerk. „Ik lijd eraan dat de kerk hier in verval is geraakt. Het boek ”Hoe God verdween uit Jorwerd” van Geert Mak is helaas ook van toepassing op Nieuw-Buinen, en eigenlijk op heel Nederland.” In 1945 gingen de Schuurmannen over naar de gereformeerd vrijgemaakte kerk. „De drie families Schuurman vormden bijna de helft van die kerkgemeenschap in Nieuw-Buinen.” Dankbaar kijkt hij terug op zijn opvoeding. „Thuis was er belangstelling voor geestelijke zaken. Er was grote betrokkenheid op de kerk van Jezus Christus. Ik deed in mijn jeugd veel aan Bijbelstudie, op catechisatie, op de vereniging.” Hij parkeert zijn auto bij de vroegere smederij, nu werkschuur. „Hier kwamen de paarden om beslagen te worden en kwam een ijzeren bandje om onze kapotte klompen.” Binnen wijst hij naar een muur. „Je ziet de plek waar de rook langs de muur ging. Het ruikt hier nog als vroeger.”
Levensloop prof. Schuurman
Leeftijd: 76
Opgegroeid in: Nieuw-Buinen
Woonplaats nu: Breukelen
Studie: weg- en waterbouw, filosofie
Functie: bijzonder hoogleraar ref. wijsbegeerte
zomerserie Bakermat
In deze serie keren Nederlanders met een publieke functie terug naar de plaats waar ze opgroeiden. Vandaag deel 1.