Egypte terug bij af: balans van ruim twee jaar Arabische lente
APELDOORN. Egypte is weer terug bij af. Er lijkt na tweeënhalf jaar nog maar weinig over van de Arabische lente. Toch heeft de revolutie een groot stempel gedrukt op ontwikkelingen in de regio. Een overzicht.
Einde aan autoritaire regimes
De grootste impact van de Arabische lente is de verdrijving van lang zittende, autoritaire, regimes door de bevolking. Eind 2011 zijn de regimes van Tunesië, Egypte, Libië en Jemen verdreven.
Oorlogen
De leiders van de Arabische landen geven hun macht echter niet gemakkelijk op. In Libië was er een oorlog met buitenlandse interventie voor nodig om Muammar Gaddafi uit het zadel te wippen. In Syrië woedt al lange tijd een bloedige burgeroorlog.
Verscherping tegenstellingen
In Egypte en Tunesië komen seculiere en/of christelijke en islamitische facties lijnrecht tegenover elkaar te staan. Belangrijk punt van discussie is de rol van de islam in politiek en maatschappij.
Daarnaast nemen de (regionale) spanningen toe tussen de twee hoofdstromen binnen de islam: sjiieten en soennieten. In Bahrein probeert de sjiitische meerderheid het op te nemen tegen het soennitische regime.
In Syrië verscherpen de tegenstellingen tussen de alevieten van president Assad en de soennieten. De alevieten zijn een afsplitsing van de sjiitische islam. De situatie in Syrië heeft bovendien een negatieve weerslag op de verhoudingen tussen de soennieten en de sjiieten in Libanon.
Toename van politieke vrijheid
Na de revolutie komt er ruimte voor nieuwe politieke partijen. In Libië melden zich in 2012 niet minder dan 374 partijen bij de verkiezingen. Het resultaat is een kleurrijk, maar ook zeer gefragmenteerd politiek landschap. De vaak decennialang onderdrukte islamistische partijen krijgen na verkiezingen stevig voet aan de grond.
Hervormingen
In Marokko en Jordanië blijven de regimes na protesten zitten, maar voeren ze wel belangrijke hervormingen door. Koning Abdullah van Jordanië belooft economische en sociale hervormingen, terwijl koning Mohammed VI van Marokko meer macht geeft aan het parlement. De Marokkaanse koning pleit bovendien voor nieuwe parlementaire verkiezingen.
Positie christenen
In Egypte en Syrië voelen christenen zich steeds onveiliger.
In andere landen van de Arabische lente wonen nauwelijks christenen. De christenen die er leven zijn voornamelijk buitenlanders. Kerkleiders in Tunesië constateren na de revolutie toenemende interesse bij de (jonge) Tunesische bevolking voor het christelijk geloof.
Toenemende onveiligheid
De wereld is er na de Arabische lente niet veiliger op geworden. Met name vanuit Libië verspreiden zich sinds de verdrijving van het regime-Gaddafi duizenden wapens in de regio. De strijd in Mali wordt door veel waarnemers direct verbonden aan wapenleveranties vanuit Libië.
Binnenslands neemt bovendien de criminaliteit toe. In Egypte vinden er sinds de verdrijving van oud-president Hosni Mubarak drie keer zo veel moorden plaats als voorheen. Het wapenbezit onder burgers in Egypte is de afgelopen twee jaar enorm gestegen. Ook hier wijst de vinger naar Libië.
Economische neergang
De Arabische lente heeft belangrijke economische consequenties voor de landen in Noord-Afrika en de Levant. De gemiddelde groei neemt sterk af. Het hardst getroffen zijn revolutielanden als Libië, Tunesië, Egypte en Jemen.
De economische groei trok begin 2013 weer wat aan, maar die zal volgens economen dit jaar nog niet op het niveau komen van voor de revolutie. De situatie in Egypte helpt wellicht niet.