Om de bouw van de basis mogelijk te maken, dwongen de Deense autoriteiten een groep Inuit in 1953 uit hun dorp te vertrekken en 140 kilometer verderop te gaan wonen. De bevolking, afhankelijk van de jacht op walvissen en beren, trof daar echter wezenlijk slechtere jachtgebieden aan.

De Inuit hopen dat het hooggerechtshof in Kopenhagen hen een forse schadevergoeding èn het recht op terugkeer toezegt. Zij zijn het kleinste inheemse volk ter wereld en vrezen uit te sterven als zij niet naar hun stamland terug mogen.

Hoewel het juridisch om een strijd van Inuit tegen de Deense staat gaat, staat ook de supermacht Verenigde Staten in het beklaagdenbankje. Media spreken dan ook over David tegen Goliath. „De Amerikanen moeten begrijpen dat je van mensen niet eenvoudig hun huizen afpikt", aldus een verbolgen Inuit tegen de Britse omroep BBC.

Het Amerikaanse steunpunt Thule in het noorden van Groenland, genoemd naar het gelijknamige Inuit–dorp, staat vol met uiterst krachtige waarnemingsapparatuur om het noordelijk halfrond te controleren. Tijdens de Koude Oorlog hielden de Amerikanen vanuit Thule de Sowjet-Unie in de gaten. Washington wil de basis behouden als belangrijk onderdeel van het toekomstige nationale raketschildproject.

Vier jaar geleden stelde een hoge Deense rechtbank al dat de Inuit illegaal waren verdreven. Maar de rechters kenden hen niet het recht toe om terug te keren naar hun dorp, waarvan alleen nog het kerkhof en enkele houten kruisen resteren.