Beide steden willen samen met het ministerie van Onderwijs een proef starten waarin zij die leeftijdsgrens voor het behalen van een zogeheten kwalificatieplicht oprekken van 18 naar 23 jaar. Eerder werd een verzoek van de Rotterdamse onderwijswethouder Hugo de Jonge nog afgewezen.

Verhoging van de leeftijdsgrens zou juridisch niet haalbaar zijn. Bovendien zouden de kosten voor invoering hoog zijn en het draagvlak bij scholen, leerlingen en gemeenten gering. De Jonge en de Amsterdamse wethouder Pieter Hilhorst zijn het daar niet mee eens: „Wij zien goede mogelijkheden in een verlengde kwalificatieplicht en voelen ons daarin gesteund door meerdere regio’s, gemeenten en brancheorganisatie Ingrado.”

De wethouders willen snel van start gaan, omdat bijna 80 procent van de voortijdig schoolverlaters in Rotterdam en Amsterdam in het schooljaar 2010/2011 ouder dan 18 jaar was. „Landelijk zien wij ditzelfde beeld. De doelstelling van het kabinet is het aantal voortijdige schoolverlaters terug te brengen tot maximaal 25.000. Als wij deze doelstelling willen halen, dan is een forse inzet voor jongeren van 18 jaar en ouder nodig.”

Het idee is om in de loop van een aantal jaar de kwalificatieplichtige leeftijd stapsgewijs met een jaar te verhogen en uiteindelijk meer jongeren te behouden voor het onderwijs en met een diploma op zak van school te laten gaan.

De Jonge maakte zich tevergeefs eerder hard voor het oprekken van de leeftijdsgrens omdat hij vindt dat het de samenleving raakt als jongeren zonder diploma van school gaan: „Er is een grote groep voortijdig schoolverlaters die thuis zit, op straat hangt of zelfs in bepaalde gevallen het criminele pad bewandelt. Tegelijkertijd is er een prangend probleem bij werkgevers door het tekort aan goed opgeleide vakmensen.”