Sociale controle is helemaal niet erg, vindt Bosman. „We kunnen elkaar in veel gevallen van dienst zijn. Van BelJeBuren moet een preventieve werking uitgaan, omdat we eigenlijk zeggen: Wij letten hier op elkaar!”

De methode is heel simpel, vertelt Bosman. „Zodra iemand in de straat of in de buurt iets ziet wat niet in de haak lijkt te zijn, belt deze met het BelJeBurenplatform om een bericht in te spreken. Het gaat erom dat er snel relevante informatie aan buurtbewoners wordt doorgegeven: wat is er precies aan de hand, om hoeveel personen gaat het, in welke richting lopen ze. Hoe meer buren er op de hoogte zijn, hoe beter het systeem werkt, omdat er dan meer ogen op straat zijn.”

BeljeBuren vervangt de 1-1-2-melding aan hulpdiensten niet, benadrukt Bosman. „Natuurlijk moet je de politie bellen als er echt wat aan de hand is, maar criminaliteit zoals inbraken kan vaak al worden voorkomen als we met z’n allen onze buurt wat meer in de gaten houden.”

De gemeente Rhenen werkt mee aan het initiatief van Bosman. Ze ziet BelJeBuren als „een middel om het aantal inbraken terug te dringen en de sociale veiligheid te vergroten.” In de gemeente Rhenen werden vorig jaar 135 woninginbraken gepleegd. De pakkans is voor de criminelen niet groot: in 101 gevallen gingen de daders er met buit vandoor.

Bosman: „Nadat er bij mij voor de derde keer was ingebroken, ben ik naar de burgemeester gestapt. Die heeft toen een buurtavond belegd, waarop hij vertelde dat de politie door de bezuinigingen niet meer altijd en overal kan surveilleren. Met mijn ict-achtergrond bedacht ik toen dat er een andere, slimme manier moest zijn voor betere buurtcontrole.”

Samen met een bevriende ict’er, Ton Snoei uit Gouda, zette Bosman vervolgens BelJeBuren op.

Het tweetal laat weten inmiddels in gesprek te zijn met een tiental gemeenten dat het waarschuwingssysteem mogelijk wil introduceren bij burgers in een of meerdere wijken.